Ross: Betere preventie tegen abortusrecidive
Artsen en instanties die zich bezighouden met abortus moeten meer aan nazorg doen. Langs die weg wil staatssecretaris Ross (Volksgezondheid) voorkomen dat vrouwen nog eens een kind weg laten halen.
In 1999 was maar liefst 36,6 procent van de vrouwen die een abortus ondergingen, al ten minste één keer eerder om zo’n behandeling gegaan. In 1992 lag dat percentage nog op 28,1 procent. In een brief aan de Tweede Kamer noemt Ross dit een „ernstige ontwikkeling.”
De staatssecretaris vindt dat er na een abortus „voldoende aandacht voor de vrouw” moet zijn. Een belangrijke rol ziet zij weggelegd voor hulpverleners van de Rutgers Nisso Groep. Ross spreekt van een „versterking van de preventieve taak binnen de abortusklinieken” om „recidive” te voorkomen.
Ross zoekt verder contact met het primair en voortgezet onderwijs om aan voorlichting te doen. Als reden voert zij aan dat jongeren tegenwoordig eerder seks hebben en daarbij in toenemende mate risicovol gedrag vertonen. In 2000 ondergingen 3900 tienermeisjes een abortus.