Dat zei RD-hoofdredacteur W. B. Kranendonk zaterdag tijdens de jaarvergadering van de Bond van Oranjeverenigingen. Hij noemde de zondagsbesteding als voorbeeld van het verschil in denkwijze.

Kranendonk verklaarde de binding van de RD-achterban met het koningshuis vanuit historisch bewustzijn, gezagsgetrouwheid en het algemene gegeven dat het koninklijke sprookje mensen aanspreekt. „God, Nederland en Oranje als drievoudig snoer dat niet verbroken mag worden, is een gedachte die nog steeds binnen de orthodox-protestantse kring leeft, al wordt ze minder breed gedragen dan twee generaties terug.”

De RD-lezers willen breed geïnformeerd worden over het koningshuis, stelde Kranendonk. Hij signaleerde echter dat „ook in het Oranjebastion dat RD heet haarscheurtjes zijn waar te nemen als het gaat over de waardering voor ons koningshuis. Het kan een signaal zijn dat mensen de rol van samenbindende instituten niet meer op waarde weten te schatten.”

Aan de lezers moet het RD voortdurend uitleggen waarom bijvoorbeeld het nieuws wordt gepubliceerd dat prins Bernhard een derde buitenechtelijke dochter had. „Wij mogen als krant dit soort zaken niet uit de publiciteit houden.” Dat past niet bij de publieke functie van leden van het koningshuis. „De waardering en het respect worden niet levend gehouden door in de media het ene pikante feitje na het andere op te dissen, anderzijds ook niet door te doen alsof de Oranjes halfgoden zijn die geen fouten kunnen maken.”