Evangelie
Markus 7:25
„…van Hem gehoord hebbende.” Wat had de Kananese vrouw gehoord? Dat Jezus de Zoon van God was, de Messias van Israël, die haar dochter kon en wilde genezen. Hier zijn twee dingen opmerkelijk. 1. Het horen van Christus trok haar tot Christus. 2. Het is goed aan de grenzen van Christus te zijn en dicht bij Hem te zijn. Het is noodzakelijk dat wij van Christus horen, voordat wij tot Hem komen. Dit is Gods weg: „Het geloof is uit het gehoor” (Romeinen 10).
Christus is niet in ons van de baarmoeder af; het geloof is geen bloem die op zulk een zure en koude grond als de natuur groeit; het is een stam en een geboorte des hemels. Niemand kan tot Christus komen, tenzij hij een goed gerucht van Hem hoort. Hoe zullen zij in Hem geloven, van Wie zij niet gehoord hebben? Zij die rechtuit tot Christus komen, moeten edele, hoge, lange, diepe en brede gedachten van Jezus hebben en het Evangelie kennen. Nu, wat is het Evangelie? Niets dan een goede tijding van Christus.
Gij moet een evangeliebericht van Christus horen, eer gij tot Hem komt. Verkeerde bevattingen van Christus houden velen van Hem af. „Vreemden zullen horen van Uw grote Naam en Uw sterke hand” (1 Koningen 8:42). Christus zou gehoord worden door de dove heidenen: „En te dien dage zullen de doven horen de woorden des Boeks” (Jesaja 29:18).
Dr. S. Rutherford, hoogleraar te St. Andrews
(”Zegepraal des geloofs”)