In 2000 waren er 18.000 mensen met een dergelijke uitkering. Het aantal is dus meer dan verdubbeld, terwijl het aantal 65-plussers met ruim een vijfde is toegenomen.

De sterke groei komt vooral door de immigratie in de vorige eeuw. Die migranten ontvangen vaak een gedeeltelijke AOW-uitkering, omdat ze in het buitenland geen recht op AOW hebben opgebouwd. De uitkering wordt dan aangevuld met de aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO).

Van het huidige aantal bijstandsuitkeringen zijn er negen op de tien verstrekt aan allochtonen. Het grootste deel van hen is van niet-westerse herkomst.

Het grote aandeel Surinaamse ouderen vloeit voort uit het feit dat er voor de onafhankelijkheid van Suriname eigen voorzieningen waren in het land. Die groep was uitgesloten van de Nederlandse AOW, totdat hij in Nederland kwam wonen, waardoor hij nu een gedeeltelijke AOW-uitkering heeft opgebouwd.

Twee op de drie bijstandsuitkeringen gingen naar alleenstaanden. Van deze groep is 75 procent vrouw.