CIDI: Vaker antisemitisch incident in privésfeer
AMSTERDAM – Het aantal antisemitische incidenten in de privésfeer stijgt gestaag. Het totale aantal is afgenomen. Dat maakte het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) gisteren bekend.
Volgens de woensdag gepubliceerde, jaarlijkse monitor van het CIDI zijn er vorig jaar 124 meldingen van antisemitische incidenten geregistreerd, tegen 167 in 2009. Het centrum denkt dat de daling samenhangt met het ontbreken van een grootschalig, gewelddadig conflict tussen Israël en de Palestijnen zoals in 2009. Het aantal antisemitische incidenten in de buurt, op school of werk laat echter een constante stijging zien, van 13 in 2007 naar 23 in 2010: een toename van 77 procent in vier jaar. Het viel de organisatie op dat slachtoffers in toenemende mate weigerden werk te maken van de beledigingen, uit angst voor nog meer overlast.
De monitor is gebaseerd op meldingen die binnenkomen bij het CIDI zelf en bij enkele antidiscriminatiebureaus. De cijfers van het CIDI wijken overigens nogal af van die van de politie. Die registreerde vorig jaar 286 gevallen van antisemitisme, opvallend genoeg juist meer dan de 209 in 2009. Het CIDI zegt dat dit komt door een andere manier van registreren. Antisemitisme is volgens het CIDI relatief gezien al jarenlang de meest voorkomende vorm van discriminatie in Nederland. De Joodse gemeenschap zelf gaf eerder al aan dat de beveiliging van Joodse synagoges, scholen en culturele instellingen rond de 800.000 euro per jaar kost.
De gemeente Amsterdam stelt 200.000 euro beschikbaar om de Joodse gemeenschap extra te beveiligen, meldde nieuwszender AT5 woensdag. Volgens een gemeentevoorlichter zijn er duidelijke voorbeelden van dreiging richting Joodse instellingen. Zo werd in 2009 het Sinai Centrum in Amsterdam beschoten.