Bitterheid en hoop bij Ground Zero
NEW YORK – Als een grauwe sluier hangen regenwolken laag boven New York. Zo laag dat zelfs de top van de in aanbouw zijnde Freedom Tower al in de nevel verdwijnt. Verdieping na verdieping ontworstelt de toren zich aan de enorme bouwput van Ground Zero. ”Van World Trade Center 1 zijn al 44 van de 104 verdiepingen klaar”, meldt een spandoek triomfantelijk. Het is nauwelijks voor te stellen dat het gebouw nog drie keer zo hoog zal worden, inclusief een enorme antenne bovenop het dak.
Ondanks het vertoon van vastberadenheid dat de herbouw van het in 2001 verwoeste World Trade Center uitstraalt, blijft de pijn over de aanslagen van 11 september ook tien jaar na dato nog volop aanwezig. „Het is een eer om hieraan te mogen meedoen”, vertelt bouwvakker Garry terwijl hij zijn lunch naar binnen werkt. „Maar hier is wel het graf van mijn zwager, van wie ze het lichaam nooit meer hebben teruggevonden.”
Bitterheid is er ook. „Ik ben het niet vergeten en ik zal het niet vergeven”, meldt een sticker op de helm van brandweerman Ramirez. „Ik weet hoeveel van mijn makkers hier zijn omgekomen, wat ik zelf heb meegemaakt. En waarom? De enige misdaad die alle slachtoffers begingen, was dat ze die dag aan het werk gingen.”
Maar er is ook hoop. Een groepje schoolkinderen legt bloemen bij een plaquette ter nagedachtenis aan de brandweerlieden die op 11 september 2001 stierven. ”Ik ben een gezicht van hoop”, staat er op hun T-shirts te lezen. „Hun leven is een geschenk aan de rouwenden”, zegt begeleider Jenny.
Amerika herdenkt de aanslagen van 11 september 2001. RD-journalist Richard Donk en fotograaf Henk Visscher doen verslag.