De PVV wil de monarchie behouden, maar een duidelijke scheiding aanbrengen tussen het bestuur van de democratie en het ambt van de Koning, aldus Elissen. Om aan de politieke invloed van het staatshoofd een einde te maken, mag de Koning volgens de PVV geen lid van de regering en geen voorzitter van de Raad van State meer zijn en geen rol meer spelen bij de kabinetsformatie.

Omdat in het voorstel de ministeriële verantwoordelijkheid (ministers zijn politiek verantwoordelijk voor optreden staatshoofd) vervalt, moet de onpartijdigheid van het staatshoofd in de Grondwet worden opgenomen, aldus de PVV.

Ook wil de partij af van de volgens Elissen verouderde en verwarrende term ‘koninklijke onschendbaarheid’. Wel moet strafvorderlijke immuniteit gelden voor het staatshoofd tijdens de uitoefening van het ambt. Dat betekent echter niet dat de Koning boven de wet staat. Het staatshoofd is te vervolgen als sprake is van een strafbaar feit, maar alleen „nadat hij buiten staat is verklaard het koninklijk gezag uit te oefenen”, tijdelijk dit gezag heeft neergelegd of jonger dan 18 jaar is.

Wat de PVV betreft, blijft er al met al een representatieve en ceremoniële rol over voor de Koning. Het staatshoofd is volgens de partij het symbool van de eenheid van het Koninkrijk der Nederlanden, is neutraal en zal via uitlatingen en publieke gedragingen geen partij kiezen in politieke discussies. „We hebben alle vertrouwen in de Koning”, stelde Elissen. In de nieuwe opzet zou de Koning bijvoorbeeld nog wel de troonrede uitspreken en ministers en staatssecretarissen beëdigen.