Japan wil gestrande walvissen slachten
Gestrande walvissen dreigen binnenkort op het menu van Japanse restaurants te belanden.
De Japanse regering wil de kustgemeenten toestemming geven om gestrande walvissen te slachten voor het vlees en voor de beenderen, waar kunstvoorwerpen van gemaakt kunnen worden.
De Japanse kustgemeenten kunnen vaak de kosten die het bij wet verplichte begraven of cremeren van gestrande walvissen met zich meebrengen, niet opbrengen. Vorig jaar deelden de regering en een klein stadje in het zuiden van Japan nog een rekening van 6,2 miljoen yen (45.500 euro) toen veertien potvissen aanspoelden en doodgingen.
In totaal strandden vorig jaar 273 walvissen op de Japanse kusten. De plaatselijke bevolking is het er niet mee eens dat zij de huid en de beenderen niet mag gebruiken voor traditionele kunstnijverheidsproducten en het vlees en het walvisspek -de zogenaamde blubber, vanouds een delicatesse in Japan- niet kan opeten. Dat er bovendien kosten verbonden zijn aan het opruimen van de karkassen, is voor velen de druppel die de emmer doet overlopen.
Er wordt veel protest verwacht van landen die tegen de walvisvaart zijn. Het plan opent immers het debat over het euthanaseren van de aangespoelde walvissen in plaats van te proberen ze te redden.
Het voorstel is vermoedelijk een gevolg van de nederlaag die Japan leed op de bijeenkomst van de Internationale Walvisvaartcommissie onlangs in Berlijn. Zij verwierp het Japanse verzoek om de commerciële walvisvangst te hervatten en quota voor het jagen op walvisachtigen in te voeren voor kustgemeenschappen.