De politie hield al zes verdachten aan. Dat zou in alle gevallen zijn gebeurd op basis van DNA-sporen. De officier van justitie bij de rechtbank in Breda zei vrijdag tijdens een pro-formazitting in de zaak tegen een van de hoofdverdachten dat met de zes aanhoudingen de kous niet af was.

De zitting, waarvoor de rechtbank in Breda was uitgeweken naar een extra beveiligde rechtszaal in Rotterdam, draaide om een 25-jarige Brit. De verdachte had er overigens voor gekozen in zijn cel te blijven.

Het OM beschuldigt hem van moord op de jongen en - naar vrijdag bleek - poging tot moord op diens moeder. Zij zaten in de woonwagen waarop met automatische wapens werd geschoten. De jongen werd door kogels geraakt en overleed later aan zijn verwondingen in een ziekenhuis. De moeder bleef ongedeerd.

De politie pakte de Brit in april van dit jaar op in een woning in Amsterdam. Hij bleek in het bezit van een vuurwapen en een vals paspoort. De politie kwam hem op het spoor via een DNA-spoor, dat werd gevonden op een veter van een schoen. Die lag in een busje dat kort na het misdrijf werd aangetroffen.

De achtergrond van de schietpartij is nog altijd onduidelijk. Tot nu toe houdt de politie het op een zakelijk conflict tussen de daders en de bewoners van het kamp, dat met voor Nederlandse begrippen extreem geweld werd beslecht.

De zaak tegen de Britse hoofdverdachte is voor onbepaalde tijd aangehouden.