Volgens partijleider Bart De Wever bieden ze „geen goede basis om onderhandelingen op te starten”.

Omdat de Vlaamse christendemocraten alleen willen meedoen als de N-VA aan de tafel blijft, resteert De Rupo weinig anders dan zijn opdracht terug te geven. Nieuwe verkiezingen, ruim een jaar na de vorige, worden daarmee een reële optie. Al zullen die volgens peilingen de politieke verhoudingen niet drastisch wijzigen.

De Franstalige socialist Di Rupo, die half mei werd aangesteld door koning Albert II, presenteerde maandag een lijvige nota met voorstellen om de formatie vlot te trekken. Di Rupo wilde voor 22 miljard euro besparen op de overheidsuitgaven en voor 17 miljard euro taken overhevelen van de federale regering naar de deelstaten Vlaanderen en Wallonië. Bovendien zou het tweetalige kiesdistrict Brussel-Halle-Vilvoorde (BHV), dat al sinds de jaren ‘60 zorgt voor geruzie tussen Vlamingen en Walen, eindelijk worden gesplitst. De talrijke Franstalige inwoners van de Vlaamse gemeenten rond Brussel zouden dan niet langer op een Franstalige partij kunnen stemmen.

De nota werd in eerste instantie overwegend gunstig onthaald. Ook N-VA-leider Bart De Wever was aanvankelijk hoopvol gestemd over een doorbraak in de formatie, zei hij donderdag tijdens een persconferentie. Maar bij nadere studie stuitte hij op tal van „dubbele bodems”, die zijn mening deden omslaan. Di Rupo wil volgens hem te veel belastingverhogingen en te weinig ingrepen in de sociale zekerheid om het bezuinigingsbedrag van 22 miljard euro te halen. Ook de staatshervormingen die de formateur voorstaat, blijven voor de N-VA ver onder de maat. Zo zouden de Franstaligen te veel gecompenseerd worden voor de splitsing van BHV.

Eerder hadden bijna alle partijen gezegd de nota van Di Rupo te kunnen accepteren als uitgangspunt voor verdere besprekingen, zij het met veel voorbehoud. Vooral de liberalen toonden reserves.

Di Rupo wilde donderdag geen verklaring afleggen. Waarschijnlijk gaat hij vrijdag naar de koning om te melden dat zijn opdracht mislukt is.