\Dat blijkt uit een overzicht van de eerste zeven maanden van de voetbalwet dat minister Ivo Opstelten (Veiligheid) vrijdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. De voetbalwet werd 58 keer ingezet, waarvan 25 keer bij voetbal en 19 keer in de wijk. Verder was er 12 keer een gebiedsverbod bij evenementen en ging het twee keer om individuele gevallen van overlast.

De wet kan ook gebruikt worden om ouders van lastige kinderen beneden de 12 te dwingen hun kroost niet onbegeleid te laten rondhangen, maar dat is nog niet voorgekomen. Er zijn wel gemeenten die dit overwogen hebben of het nog van plan zijn, maar dat het nog niet is gebeurd komt ook omdat het geldt als laatste middel om jonge raddraaiers aan te pakken.

Den Haag greep met 12 keer het vaakst naar de voetbalwet, gevolgd door Amsterdam (10) en Rotterdam (8).

Gebruikers van de wet geven aan dat ze graag langere gebieds- en groepsverboden willen. Zowel een burgemeester als een officier van justitie kan een maatregel voor hoogstens drie maanden opleggen en dan maximaal vier keer. Opstelten wijst erop dat langere vrijheidsbeperkingen aan de rechter zijn.

Vier keer werd een maatregel op grond van de voetbalwet aan de rechter voorgelegd. Drie keer kregen de klagers gelijk. Dan ging het er meestal om dat het dossier tegen een mogelijke relpleger niet compleet en concreet genoeg was om een maatregel tegen hem te nemen.

Dat is ook een van de punten waar gemeenten en het Openbaar Ministerie mee worstelen als ze de voetbalwet overwegen in te zetten. Soms komt het er dan niet van. Volgens Opstelten is het een kwestie van uitproberen en zijn de verwachtingen soms ook hooggespannen.