Die verwachting sprak M. Orbán-de Haas, hoofdredacteur van het Katholiek Nieuwsblad, zaterdag uit tijdens het christelijk conservatieve congres in Apeldoorn. Dat is georganiseerd door het Christelijk Conservatief Beraad (CCB).

In Hongarije is de bevolking zo mogelijk nog meer geseculariseerd dan in Nederland en vinden meer abortussen plaats. Toch heeft de christelijk conservatieve alliantie –te vergelijken met de Nederlandse ChristenUnie– daar een twee derde meerderheid gekregen in het parlement. Het kabinet van gelijke signatuur voert een rechts medisch-ethisch beleid, heeft de Naam van God in de herziene Grondwet opgenomen en heeft fraude aangepakt en belastingen verlaagd.

Als in Nederland een „echt christelijk conservatieve partij opstaat die antwoord geeft op de vragen van deze tijd en die wordt aangevoerd door een charismatische leider”, aldus Orbán, „dan kan die een groot aantal stemmen verwachten.”

CCB-bestuurslid en conservatief publicist Bart Jan Spruyt stelde dat zijn club niet streeft naar politieke macht. „Wij willen de traditie herontdekken en doorgeven.” Hoe meer mensen daaraan meedoen, hoe beter natuurlijk, zei hij verder. „Maar”, vervolgde Spruyt, verwijzend naar de woorden van Jezus over het smakeloos geworden zout, „Christus sprak niet over de hoeveelheid zout, maar over de kwaliteit ervan.”