De gemeente en de advocaat van de inwoner van Hoogblokland zeiden gisteren dat daar alle aanleiding toe is.

Reden is dat de Tweede Kamer na het zomerreces over deze kwestie overleg voert met minister Leers.

Naibzay voert op echter 8 juli zijn laatste vertrekgesprek. Dan moet hij de instanties laten weten hoe hij Nederland gaat verlaten.

Zijn vrouw en vier kinderen hebben een verblijfsvergunning en mogen in ons land blijven.

De gemeente Giessenlanden benadrukt dat er na het zomerreces nog een parlementaire behandeling volgt over de uitzetting van Naibzay, die dan al niet meer in Nederland zou zijn.

Vandaar dat de gemeente e-mails heeft gestuurd naar de woordvoerders immigratie en asiel van alle fracties in de Tweede Kamer met het verzoek de procedure over de zomer heen te tillen.

In de e-mailberichten wordt de situatie van de Afghaanse vluchteling nog eens uiteengezet.

Ook zijn twee uitspraken van de bestuursrechter bijgevoegd, waarin deze het ontbreken van een individuele toets onaanvaardbaar noemt.

Naibzay kreeg als voormalig onderofficier de 1F-status. Daardoor kan hij geen asiel krijgen en wordt hij sinds 2000 gezien als ongewenste vreemdeling.

De Afghaan vluchtte in 1998 met zijn gezin naar ons land.

Op 31 mei trok een delegatie uit Hoogblokland naar Den Haag om de vaste Kamercommissie voor immigratie en asiel handtekeningen aan te bieden.

Burgemeester E. Boot heeft die dag met diverse Kamerleden gesproken. Dat leidde tot vragen van Kamerleden over de kwestie. Zij deden daarin tevens het verzoek om nader overleg met minister Leers voor Immigratie en Asiel.