Pro-Koerdische partij boycot parlement
DIYARBAKIR (ANP/RTR) – De Turkse Partij voor Vrede en Democratie (BDP) heeft donderdag besloten dat de 36 gekozen BDP-parlementsleden de volksvertegenwoordiging boycotten.
De pro-Koerdische partij zette deze stap uit protest tegen de weigering van een zetel voor een 12 juni gekozen parlementariër, Hatip Dicle.
De kiesraad bepaalde dinsdag dat een etnisch Koerdische afgevaardigde niet in het parlement zitting mag nemen, omdat hij eerder is veroordeeld wegens het verspreiden van terroristische propaganda. De BDP verwachtte dat Dicle, die in verband met een andere zaak in voorarrest zit, zou worden vrijgelaten. De BDP is in spoedberaad bijeen in de Oost-Turkse stad Diyarbakir over „de gestolen zetel” van Dicle.
Bij de parlementsverkiezingen van 12 juni wonnen 36 onafhankelijke kandidaten die behoren tot de Koerdische minderheid en die verbonden zijn met de BDP een zetel. Het is een parlementair record voor de Turkse Koerden. De boycot zou de spanningen in het oosten van Turkije kunnen opdrijven en de pogingen frustreren om het conflict over de status van Koerden in Turkije op te lossen. Dat is een van de prioriteiten van de hervormingsgezinde regeringspartij AKP, de partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling.
De AKP van premier Recep Tayyip Erdogan won de verkiezingen weer overweldigend met de helft van de uitgebrachte stemmen.
De Turks rechterlijke macht verhinderde donderdag ook dat twee leden van de Republikeinse Volkspartij (CHP) in het parlement zitting nemen. De twee zitten in hechtenis, verdacht te behoren tot een rechtse samenzwering die de val zou beogen van de AKP-regering. De twee wonnen eerder deze maand een parlementszetel, maar de rechter bepaalde donderdag dat ze niet op vrije voeten komen. Voorts zitten er uit de kringen van de BDP nog steeds vijf andere gekozen volksvertegenwoordigers vast.
De inauguratie van het Turkse parlement staat voor 28 juni op het programma. De wet schrijft nieuwe verkiezingen voor in de betrokken kiesdistricten, wanneer meer dan 28 parlementariërs of 5 procent van de 550 volksvertegenwoordigers hun zetel niet innemen.