Ministerie nog niet uit MKZ-kwestie
DEN HAAG – Staatssecretaris Bleker (Landbouw) doet voorlopig geen uitspraak over de MKZ-kwestie van Kootwijkerbroek. Eerst volgt er „aanvullend onderzoek door experts.”
Dat zal Bleker later deze week laten weten in een brief aan de Tweede Kamer.
De uitspraak van Bleker moest uiterlijk 10 juni komen, twaalf weken na een hoorzitting op 18 maart. Tijdens die hoorzitting betoogden Kootwijkerbroekse veehouders dat het besluit tot het ruimen van bijna 60.000 dieren in 2001 onterecht is geweest. De Kootwijkerbroekers bestrijden –onder andere– de juistheid van de vaststelling van een diagnose van mond-en-klauwzeer (MKZ).
Vertegenwoordigers van het Centraal Veterinair Instituut (CVI) van de Wageningen Universiteit –voorheen ID-Lelystad, het laboratorium dat in 2001 monsters testte op MKZ– gaven in maart aan waarom de beslissing tot ruimen volgens hen wel klopte.
De hoorzitting vormde de start van een herziening van de besluiten van de overheid, waartoe het College van Beroep in 2008 het ministerie verplichtte. Vrijdag meldde Bleker de veehouders dat er een commissie wordt ingesteld die nader onderzoek gaat verrichten.
De veehouders leggen het nieuwe uitstel uit als een bewijs dat hun bezwaren „niet zo gemakkelijk te weerleggen zijn als op de hoorzitting leek”, aldus Lau Jansen, bestuurslid van de Stichting Onderzoek MKZ Crisis Kootwijkerbroek. Dat Bleker in maart Kootwijkerbroek bezocht, bezorgde hem wat goodwill bij de boeren, maar dit nieuwe uitstel „laat het kiempje van vertrouwen eroderen.”
De Kootwijkerbroekers zijn ruim tien jaar bezig om duidelijkheid en openheid van zaken te krijgen. Bleker zei in maart dat het boek snel dicht moest.
De staatssecretaris kondigde toen ook aan bereid te zijn tot een onafhankelijk onderzoek. De instelling van een nieuwe commissie betekent nu niet dat de onafhankelijke variant van de baan is, aldus persvoorlichter Coen Gelinck van het ministerie van Landbouw vanmorgen. Volgens Gelinck is het departement nog in gesprek met de Kootwijkerbroekse veehouders over de voorwaarden waaronder zo’n onafhankelijke commissie haar werk zou moeten doen.