Rutte stelt dat de commissie in dergelijke situaties in een „ongemakkelijke positie” wordt gebracht en dat wil hij voorkomen. Informatie over privébetalingen van leden van het Koninklijk Huis blijft daarom privé, tenzij er een duidelijk openbaar belang mee is gediend om de informatie aan de Kamer te melden. Maar in dat geval gaat het in alle openheid naar de hele Kamer en niet meer alleen in vertrouwelijkheid naar de fractievoorzitters.

Aanleiding voor de brief van Rutte waren vragen van de SP over berichten dat fractievoorzitters het vervelend hadden gevonden dat ze de informatie kregen in het vertrouwelijke overleg van de commissie stiekem. Ze mogen er dan immers verder met niemand over praten en kunnen het ook in Kamerdebatten niet aan de orde stellen.

De informatie over de privébetaling aan een makelaar op een van de Kanaaleilanden was eind 2009 verstrekt door toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Guusje ter Horst. Nadat de PvdA in februari 2010 uit het kabinet was gestapt, overlegde ook Ter Horsts opvolger Ernst Hirsch Ballin nog met de commissie over de privébetalingen.

Volgens Rutte waren de betalingen privé en werd het openbaar belang niet geraakt. Prins Willem-Alexander had de overmaking destijds zelf gemeld. Het ging om courtage voor makelaarsdiensten, die niet in opdracht van Willem-Alexander en prinses Máxima waren verricht.

Willem-Alexander en Máxima hebben „door de wijze van betalen geen enkel financieel of fiscaal voordeel behaald”, schrijft Rutte. Ze hebben ook voldaan aan alle nationale en internationale wet- en regelgeving en alle verschuldigde belastingen betaald, aldus Rutte.

SP-Kamerlid Ronald van Raak vindt het goed dat Rutte de ‘commissie stiekem’ niet meer voor de informatie over privébetalingen zal gebruiken. „Maar het is natuurlijk slecht als de Kamer vervolgens niets meer te horen krijgt”, aldus Van Raak. Hij wil dat duidelijk wordt afgesproken wat privé is en wat niet.