Oppositie Wit-Rusland hangt in de touwen
MINSK (ANP) – „Helaas kunnen we elkaar niet ontmoeten in Wit-Rusland. Onze mensen zitten in de gevangenis of in het buitenland.” Het is het antwoord via een mail van de Wit-Russische oppositiebeweging Charter ‘97 op het verzoek om een interview. Dan de Wit-Russische oppositiebeweging Europees Wit-Rusland: „U kunt coördinator Maksim Vinjarski ontmoeten.” Drie dagen later: „Helaas, Vinjarski is gearresteerd en veroordeeld tot 15 dagen cel, maar u kunt Pavel Joechnevitsj ontmoeten.”
De antwoorden zijn het gevolg van de jacht op de Wit-Russische oppositie. Die begon bijna zes maanden geleden op 19 december, de dag van de Wit-Russische presidentsverkiezingen. In een café in het centrum van de hoofdstad Minsk denkt activist Joechnevitsj (27) er met huiver aan terug. „Wat toen is gebeurd, is vreselijk.”
Die dag kreeg de oppositie een dreun. President Alexander Loekasjenko, sinds 1994 aan de macht, won met bijna 80 procent van de stemmen. Een verkiezingszege bereikt met fraude, meenden de tegenstanders van Loekasjenko. Daarom togen ze op de avond van de uitslag naar het Oktoberplein, in het centrum van Minsk, om te protesteren tegen de uitslag. Het protest mondde uit in rellen tussen de oppositie en de politie. Zeshonderd oppositieleden, inclusief zeven presidentskandidaten, werden opgepakt.
In de dagen daarna volgde de ene arrestatie na de andere van mensen die op 19 december hadden geprotesteerd. Onder hen Joechnevitsj. Hij zat tien dagen vast. Hij zegt het terwijl hij flauwtjes lacht naar het gebouw schuin achter hem: het hoofdkantoor van de KGB, de Wit-Russische geheime dienst.
Zes maanden na de verkiezingen dwaalt de oppositie verloren rond. Een aantal opgepakte presidentskandidaten, waaronder Loekasjenko’s grootste rivaal Andrej Sannikov, zijn veroordeeld tot celstraffen, die oplopen tot zes jaar wegens het organiseren van massaprotesten. De opgejaagde achterban, belangrijk voor het organiseren van acties, het maken van kranten en het bijhouden van websites, is geminimaliseerd. Een groot deel zit in de gevangenis of is gevlucht naar het buitenland.
„We missen symbolen. Een gezicht”, zegt Igor Drako (37) in een koffiehuis in Minsk. Hij zat in het campagneteam van presidentskandidaat Alec Michalevitsj, die na te zijn vrijgelaten uit de gevangenis naar het buitenland is gevlucht. Verder dan acties, waarbij posters van gevangen oppositieleden op muren worden gehangen, komt Joechnevitsj niet. Hij betreurt het gebrek aan daadkracht. „We kunnen niet veel doen. We zijn met weinig.”
Nooit zag de oppositie deze repressie aankomen. „Niemand had dit verwacht”, zegt Drako. „Vroeger werd weleens een oppositieleider opgepakt. Maar dan ging het om een of twee personen. Niet zeven tegelijkertijd.”
De harde aanpak komt voort uit de lessen die Loekasjenko heeft geleerd van eerdere revoluties in Georgië en Oekraïne, meent de Wit-Russische politiek analist Andrej Ljachovitsj. „Loekasjenko heeft de rellen aangegrepen om toe te slaan. Hij heeft duidelijk willen maken dat in Wit-Rusland geen revolutie komt. Nu hangt de oppositie als een bokser in de touwen.”