Hoogmoed
Ezechiël 18:31b
„…want waarom zoudt gij sterven, o huis Israëls?” Die in steenachtige plaatsen gezaaid zijn, horen het Woord en belijden het zolang het hen bevalt. Zij horen het en nemen het met vreugde aan. Vreugde is een aangename zaak en dus kunnen zij het Evangelie op voorbeeldige wijze belijden.
Maar in een tijd van verdrukking en vervolging bevalt het Evangelie hun niet langer. Dan vallen zij af. Zo kunt u ook een kind van God liefhebben, zolang als hij u bevalt. Ja, u kunt hem prijzen om zijn heilige levenswandel. Maar als hij iets doet wat u niet aanstaat, kunt u hem in uw hart gaan haten.
Uit dit alles blijkt dat het wel in uw macht ligt, maar u wilt het niet in praktijk brengen. U zult het wel laten blijken in de hel. Daar zal de rijke man laten zien dat het in hem was om acht te geven op een godzalige Lazarus en te letten op de zaligheid van zijn broers. Daar zal hij laten zien dat het in zijn vermogen ligt om de hel meer te vrezen dan hij gedaan had. Dan zal de goddeloze vragen welk voordeel de hoogmoed gaf.
William Fenner, predikant te Sedgley (Engeland) (”Moedwillige ongehoorzaamheid”, 1661)