Rutte verweet de man die zijn minderheidskabinet aan een meerderheid helpt een gebrek aan politiek leiderschap en beschuldigde hem ervan zich vanwege electorale motieven zo hard tegen hulp aan Griekenland te keren. De premier vindt de tegenstand van Wilders - en die van de SP - onverantwoord. Het kabinet heeft voor hulp aan Griekenland wel de steun van de oppositiepartijen PvdA, D66 en GroenLinks.

Wilders verweet op zijn beurt Rutte dat hij de belangen van de Nederlandse burger verkwanselt met leningen aan Griekenland. „Er speelt er hier maar één met vuur. Dat geld aan de Grieken zien we nooit meer terug. Wie nu de belangen van de Nederlandse kiezers verkwanselt, heet Mark Rutte”, zei Wilders. De oppositie daagde Wilders uit dan een motie van wantrouwen in te dienen, maar daar wilde hij niet aan.

Rutte zei zich niet te storen aan de harde woorden van zijn gedoogpartner. Het „op windkracht tien praten van de leider van de PVV” is inmiddels wel bekend. „Daar schrikken de mensen niet meer van.”

Wat in potentie wel een probleem is voor het kabinet van Rutte en CDA-vicepremier Maxime Verhagen, is de waarschuwing van Wilders dat hij niet meewerkt aan nieuwe bezuinigingen als hij gelijk krijgt en Nederland inderdaad miljarden euro’s verliest aan Griekenland. „Dan hebben we bakken met geld over de dijken gegooid en als dat hier moet worden opgelost, werken wij daar niet aan mee”, zei Wilders. Hij heeft wel zijn handtekening gezet onder het bezuinigingspakket van 18 miljard euro dat bij de start van dit kabinet werd afgesproken, maar er is niets bepaald over eventuele extra bezuinigingen.

Rutte stelde dat het Nederlandse belang vooropstaat bij hulp aan Griekenland, dat vorig jaar al een lening van 110 miljard euro van de EU kreeg. Volgens de premier zijn „onze pensioenfondsen, onze spaarcenten en bedrijven” in gevaar als Griekenland failliet zou gaan. „Het is onverantwoord om te zeggen: de Grieken hebben er een puinhoop van gemaakt en dus maken we geen geld meer over. Het is een levensgroot risico voor het spaargeld van Henk en Ingrid en Ahmed en Fatima.”

Wilders verweet Rutte „pure bangmakerij en doemdenkerij”. De PVV-leider stelde dat hij over Griekenland als enige het standpunt van de burger vertolkt, ook van 80 procent van de VVD-kiezers.

Rutte nam ook afstand van Wilders’ uitlatingen over moslims in Nederland die de PVV-leider bestempelde als „islamitisch stemvee” van de PvdA. SP-leider Emile Roemer was daarover zo kwaad dat hij tijdens het debat tijdelijk de vergaderzaal verliet. Rutte noemde de typering een „zeer ongepaste term”.