Dit schreef minister Van Bijsterveldt van Onderwijs maandag aan de Tweede Kamer. Zij spreekt van „een onvolkomenheid” in het informeren van het parlement. In antwoord op SP-vragen over deze kwestie geeft de bewindsvrouw toe dat alleen het aantal leerlingen met een indicatie voor „zware zorg” met 65 procent is gestegen. Het totale aantal zorgleerlingen steeg slechts met 15 procent.

De groei van het aantal zorgleerlingen vormt een belangrijk argument in de soms emotionele debatten die Kamer en kabinet recent hadden over bezuinigingen op het zogeheten passend onderwijs. CDA en VVD rechtvaardigen hun geplande bezuiniging van 300 miljoen euro steeds met een verwijzing naar de genoemde stijging. „Het huidige systeem barst uit zijn voegen”, schreef Van Bijsterveldt eerder aan de Kamer, daarbij een stijgingspercentage van 65 noemend.

Die zorgwekkende stijging van het aantal zorgleerlingen speelde ook een opvallende rol in de lijsttrekkersdebatten rond de laatste Statenverkiezingen.

De minister baseerde zich overigens op cijfers van de Inspectie van het Onderwijs. Die heeft, zo blijkt nu, veel leerlingen dubbel geteld. Veel zorgleerlingen krijgen meerdere labels. Ze hebben bijvoorbeeld een zogeheten rugzakje met eigen financiering en gaan ook nog naar een school voor speciaal basisonderwijs.

De minister spreekt van een vermijdbare fout en heeft hierover inmiddels met de inspecteur-generaal gesproken. Volgens SP-Kamerlid Van Dijk is dat echter niet genoeg. „Hier moet een Kamerdebat over komen waarin de minister excuses maakt. Die excuses moeten vervolgens ook gecommuniceerd worden tegenover al die meesters en juffen die een jaar lang bang zijn gemaakt met cijfers die nu niet blijken te kloppen. Dat is voor die mensen toch wel erg zuur geweest. Laat het hele land dan nu ook maar weten wat er mis gegaan is.”