Dat zei oud-premier Balkenende maandag in het tv-programma Pauw & Witteman. Balkenende en Eurlings hadden op de dag na de gemeenteraadsverkiezingen, dus op donderdag 4 maart 2010, een gesprek onder vier ogen in het Torentje. De premier was aangeslagen door de voor het CDA zo ongunstige verkiezingsuitslag. „Ik had toen grote moeilijkheden. Ik vroeg me af wat de gevolgen zouden zijn voor de Kamerverkiezingen.”

Gemandateerd door het partijbestuur vroeg Balkenende Eurlings daarom het lijsttrekkerschap op zich te nemen. „Ik zei tegen hem: het gaat niet goed, we moeten iets nieuws bedenken.” Eurlings, die op dat moment minister van Verkeer was en door velen werd gezien als de kroonprins van het CDA, weigerde de functie echter met het oog op zijn privésituatie. „Hij was in die tijd met heel andere dingen bezig. Dat heb ik gerespecteerd.” Ook een gecombineerd lijsttrekkerschap met Balkenende wees de Limburger, die momenteel directeur bij KLM is, van de hand.

De mededeling van Balkenende is van belang, omdat na de nederlaag van het CDA bij de laatste Kamerverkiezingen een- en andermaal is beweerd dat het CDA Eurlings in het geheel niet gevraagd zou hebben om lijsttrekker of partijleider te worden.

De oud-premier, tegenwoordig partner bij accountantsorganisatie Ernst & Young, onthulde verder dat hij in 2010 op zeker moment zo boos was over de houding van de PvdA inzake verlenging van de Uruzganmissie dat hij met deuren heeft gesmeten. „Ik ben boos weggelopen tijdens een vergadering, dat heb ik de afgelopen jaren nooit eerder gedaan. (…) Ik vond het onbestaanbaar om plotseling nee te zeggen, na wekenlang onderzoek en nadat aan alle voorwaarden was voldaan.” Volgens de CDA’er was dit „geen manier om de Afghanen te behandelen.”