Op initiatief van de Ierse regering buigt het Permanente Hof van Arbitrage, dat geschillen tussen staten behandelt, zich over de productie van MOX in Sellafield aan de Ierse Zee. De hoorzittingen over de kwestie lopen tot 27 juni.

De Britse regering stemde twee jaar geleden in met het in gebruik nemen van een nieuwe fabriek bij Sellafield voor de productie van MOX. Dit mengsel van plutonium en uraniumoxide wordt uit gebruikte staven van kernreactoren gehaald.

De Ierse regering wil weten welke gevolgen het gebruik van MOX heeft voor het milieu en de volksgezondheid. Ook heeft de regering in Dublin twijfels over het economisch belang van de MOX–fabriek. Deze is in 1996 gebouwd, maar pas sinds december 2001 in bedrijf. De exploitant, het staatsbedrijf BNFL (British Nuclear Fuels) heeft herhaaldelijk gesteld dat de fabriek veilig is.

Ierland ondervindt de directe gevolgen van de uitstoot van radioactief materiaal in Sellafield. Het complex staat op hooguit 180 kilometer van de Ierse kust.

De Ierse regering dringt daarom al jaren bij Londen aan op de sluiting van Sellafield, waar zich ook een vijftig jaar oude opwerkingsfabriek bevindt. Zij vreest niet alleen voor milieuschade en onveilige situaties. Ierland is tevens bang dat terreurorganisaties Sellafield als een doelwit hebben geregistreerd.