Leeuwe benadrukt woensdag dat de politieleiding en de leiding van het Openbaar Ministerie (OM) niet hebben gefaald. Maar er zijn zeker ook punten van kritiek. De korpsleiding, korpschef Teun Visscher, heeft zich snel laten informeren en zich „inspirerend” opgesteld naar het politieteam, maar het zelf initiatief nemen en leidinggeven hadden beter gekund, vindt Leeuwe.

Hij stelt dat een grootschalig onderzoek sneller had moeten worden opgestart. Het is volgens hem belangrijk dat van de ervaringen wordt geleerd.

Korpschef Visscher wilde eigenlijk weinig weten van deze kritiek, bleek op de persconferentie. Hij stelde dat zijn korps adequaat heeft gereageerd en gehandeld gezien de omstandigheden. Toch accepteren Visscher en het OM de conclusies van de commissie.

Hoofdofficier van justitie in Dordrecht Paul van de Beek erkende dat gezaghebbende leidinggevenden bij elkaar hadden moeten komen om beslissingen te kunnen nemen”. „Dat gebeurt vanaf nu ook in dit soort gevallen. Gezamenlijk met de politie en in heel het land zijn we bezig met het aanscherpen van de protocollen in dergelijke zorgwekkende vermissingzaken.”

Overigens had Milly niet gered kunnen worden bij een snellere opschaling, omdat ze vrij snel op de dag van de ontvoering werd gedood door buurtgenoot en politieman Sander V. Het lichaam van het meisje werd zes dagen later gevonden in de tuin van Sander V., nadat hij zich bij de politie had aangegeven.

De ouders van Milly hebben gemengde gevoelens over het rapport, liet hun woordvoerder, advocaat Frank van Ardenne weten. „Ze weten dat de rechercheurs vanaf de eerste dag enorm hun best hebben gedaan en dat waarderen ze zeer”, aldus de raadsman. Ook hebben ze nu nog steun aan de twee rechercheurs die hen begeleiden. Dat het heeft ontbroken aan coördinatie en het snel inzetten van de zwaarste middelen is voor de ouders herkenbaar, aldus Van Ardenne, maar ze ondernemen geen actie. Ze hopen dat lessen worden getrokken.