In de ochtend vonden nog zware gevechten plaats tussen de rebellen in het oosten van de stad en het leger in de westelijke wijken. In de middag begon een uittocht van de opstandelingen, die met honderden voertuigen richting Ajdabiyah rijden. Deze stad ligt ongeveer 75 kilometer oostelijker in de buurt van het hoofdkwartier van de rebellen, Benghazi.

Sinds donderdag wist geen van beide partijen een significante doorbraak te forceren. Na ruim twee weken van luchtaanvallen door de NAVO en de internationale coalitie is een derde van de militaire capaciteit van het leger van Kaddafi verwoest, aldus de NAVO.

Het Libische leger zou niet dwars door de woestijn willen trekken wegens de luchtaanvallen. De opstandelingen missen het benodigde wapentuig om het op te nemen tegen het leger. Overgelopen Libische legerofficieren proberen in allerijl burgers klaar te stomen om mee te vechten met de rebellen. Een training van drie weken moet voorkomen dat de rekruten tijdens hun eerste bombardement meteen op de vlucht slaan.

Van een wapenstilstand is voorlopig geen sprake en ook is er nog geen politieke oplossing in zicht.

Ondertussen heeft onderzoek van het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag uitgewezen, dat het Libische regime voorafgaand aan de protesten en het gewapend conflict in het land al plannen smeedde om ongewapende burgers te doden, mocht de bevolking in opstand komen. ICC-hoofdaanklager Luis Moreno Ocampo zei dinsdag dat het strafhof daarvoor bewijzen in handen heeft.

De eerste protesten in Libië op 15 februari werden hard neergeslagen. De eerste doden vielen in de dagen erna. Het ICC rapporteert begin mei aan de Verenigde Naties en zal daarna naar verwachting arrestatiebevelen uitvaardigen tegen Kaddafi en zijn getrouwen.