Japanse premier stelt slachtoffers tsunami teleur
RIKUZENTAKATA – Het bezoek van de Japanse premier Kan zaterdag aan het rampgebied had een belangrijke impuls kunnen zijn om de aandacht weer te vestigen op het lot van tsunamislachtoffers. Maar die kans verspeelde hij.
Als zaterdag het kleine busje met de Japanse premier door de ruïnes van Rikuzentakata trekt, staan Japanse en internationale journalisten al enige tijd te wachten voor het totaal verwoeste stadhuis.
„Waar gaat de bus straks naartoe?” vraagt een Japanse journalist aan een agent die de leiding lijkt te hebben. „Weet ik niet”, antwoordt de agent met grote verlegenheid. Op alle vragen over de plaats die de premier bezoekt en wat hij daar gaat doen, moet de agent het antwoord schuldig blijven.
De journalisten staan binnen een afrastering voor de hoofdingang van het voormalige stadhuis. Maar zelfs deze matige voorbereiding blijkt totaal nutteloos. Het busje rijdt de journalisten pardoes voorbij en parkeert zo’n 100 meter verder.
Tot grote schrik van de verzamelde pers loopt premier Kan vervolgens de andere kant op en is vrijwel onmiddellijk uit het zicht.
De verslaggevers nemen dit niet. Vele tientallen journalisten rennen door het puin om, ondanks de verrassing, toch nog wat beelden van de premier te kunnen schieten.
De rennende journalisten brengen op hun beurt weer de veiligheidsmensen in grote verwarring. Die chaos bereikt een hoogtepunt als premier Kan en zijn gevolg een minuut stilt in acht nemen.
Chaos
Vanzelfsprekend willen fotografen dat van voren fotograferen. Verscheidene verslaggevers dringen door het puin naar een plek met een beter uitzicht. „Nee, nee, nee”, schreeuwen de veiligheidsmensen luid, en rennen vervolgens achter de journalisten aan. Het is één grote chaos. Van de stilte is weinig over.
Niet alleen journalisten zijn teleurgesteld over het bezoek, dat ze eigenlijk al meer dan drie weken hadden verwacht.
„Hij had de microfoon in handen moeten nemen om ons allemaal toe te spreken en moed in te praten”, zegt de 63-jarige Mieko Konno.
Konno is kokkin bij een plaatselijke lagere school die nu dient als evacuatiecentrum. Het is een van de vier bestemmingen op Kans schema. „We wilden horen dat hij voor ons zal knokken”, voegt ze eraan toe.
In plaats daarvan spreekt Kan enkel met een paar inwoners. De 67-jarige Fumiko Hatakeyama is een van hen. „Hij zei niet veel”, zegt Hatakayama. „Hij vertelde me mijn best te doen, dus ik zei hem hetzelfde.”
Het bezoek is dan ook duidelijk ingetogen. De premier ontvangt totaal geen applaus van de ruim 150 slachtoffers in de gymnastiekzaal. Na slechts een ruim kwartier vertrekt hij alweer.
Eigen ogen
Burgemeester Toba, die enkele dagen eerder nog zei de indruk te hebben dat de premier de omvang van de ramp niet vatte, is daarentegen wel tevreden.
„Kan zei me dat hij berichten over onze regio op de televisie en in de kranten had gezien. Maar nu hij het met eigen ogen zag, werd hij zich bewust dat het veel erger was dan hij zich had voorgesteld. Hij noemde het ongelooflijk.”
Rails
De schade in Toba’s stad is inderdaad nauwelijks te vatten. Het is vrijwel geheel verwoest door de tsunami en ziet eruit als Hiroshima na de atoombom. Zelfs de spoorweg is totaal weggevaagd, de rails zijn verdwenen. Bijna 10 procent van de 24.000 inwoners is om het leven gekomen of wordt vermist. Onder wie ook Toba’s vrouw.
„Ik vertelde premier Kan dat het onmogelijk is voor de regio of de prefectuur Iwate om de herbouw alleen ter hand te nemen. Dat we alle mogelijke hulp nodig hebben van het gehele land. Hij zei dat die hulp vanzelfsprekend is.”
De burgemeester heeft begrepen dat niet iedereen tevreden is over het bezoek. „Er zijn veel klachten dat hij te laat komt en dat het toch niets oplevert. Maar als burgemeester van Rikuzentakata vind ik het belangrijk dat onze premier hier komt en de realiteit ziet. Als hij zijn best doet, bemoedigt dat ons ook weer.”