Demonstranten probeerden ook het Baath-kantoor in de havenstad Latakia in brand te steken. Maar veiligheidstroepen grepen keihard in. Ze schoten drie activisten dood, meldde een sympathisant vanuit het Egyptische Caïro.

In de zuidelijke stad Deraa kwam het tot gevechten met de oproerpolitie. Veiligheidstroepen vuurden traangas richting honderden demonstranten die een sit-in hielden op een van de voornaamste pleinen van de stad. De betogers eisten het vertrek van de autoritaire president Bashar al-Assad. Zij beklommen de restanten van een standbeeld van oud-president Hafez al-Assad, de vader van de huidige leider, dat zij een dag eerder hadden vernield.

Het is al dagen onrustig in verscheidene Syrische steden, met name in en rond Deraa. Botsingen tussen betogers en Assads veiligheidstroepen hebben volgens mensenrechtenorganisaties tientallen mensenlevens geëist. De demonstranten eisen meer vrijheid en welvaart en een einde aan corruptie en politieke onderdrukking. Syrië, waar al sinds 1963 de noodtoestand geldt, heeft een snelgroeiende en relatief jonge bevolking van ruim 20 miljoen inwoners.

In een poging de gemoederen te bedaren, heeft het bewind zaterdag ruim tweehonderd politieke gevangenen vrijgelaten. De meesten hadden driekwart van hun celstraf uitgezeten.