HGJB aan de slag met kritiek
PAPENDRECHT – De Hervormd-Gereformeerde Jeugdbond (HGJB) wil eigen materiaal gaan ontwikkelen voor de rechterflank van de achterban. Maar niet vanuit het Hervormd Jeugdcontact. „Dat is definitief fini”, deelde HGJB-directeur ds. H. J. van Wijnen dinsdagavond mee tijdens een bezinningsbijeenkomst in Papendrecht.
De avond was de laatste van vier bijeenkomsten, waarin de jeugdbond vroeg om respons op het HGJB-werkmateriaal.
Aan het einde van de avond –nadat de reacties waren ingezameld– kwam ds. Van Wijnen aan het woord. Hij vertelde waarom het mis was gegaan met het Hervormd Jeugdcontact. Het was bekend dat de HGJB een aantal gemeenten niet bediende. De HGJB had daarover al jarenlang gesprekken met betrokkenen. Die raakten vorig jaar in een stroomversnelling. Onder de paraplu van de HGJB en de Bond van Hervormde Zondagsscholen kwam in juni het Hervormd Jeugdcontact (HJC) tot stand. In september was het daarmee echter alweer gedaan. Ds. Van Wijnen: „Er was vanaf het begin niet voldoende vertrouwen en er waren vooraf geen goede afspraken gemaakt. Men begreep elkaar vanaf het begin al niet. De HGJB ging ermee akkoord dat het HJC heel veel eigen ruimte zou krijgen, maar het zou geen zelfstandige bond mogen worden. Ons stond dezelfde lijn voor ogen die we volgden bij de verschillende catechesemethoden, maar het HJC dreigde een derde partij te worden in de gesprekken. Dat zou uitlopen op een schisma en wij wilden eenheid. Daarom is het initiatief gestopt.”
De HGJB-directeur gaf aan dat de behoefte aan materiaal blijft. Na de zomervakantie wil de bond materiaal gaan aanbieden voor de bedoelde gemeenten. Aan het LCJ, het Landelijk Contact Jeugdwerk van de Christelijke Gereformeerde Kerken, is gevraagd hierin mee te werken. Ondertussen zal de HGJB zich, op basis van de bijdragen vanuit de regioavonden, bezinnen op de vraag of er op langere termijn ander materiaal ontwikkeld kan worden. Ook praten de Zondagsscholenbond en de HGJB verder en trekken ze de bezinning breder. Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond heeft beloofd mee te denken.
Ds. Van Wijnen erkende dat de HGJB fouten heeft gemaakt en beloofde dat kritische brieven beantwoord zullen worden. Na zijn toespraak was er geen tijd meer voor de aanwezigen om te reageren. Dat kwam doordat de rest van het programma was uitgelopen, zei de directeur desgevraagd. Op de andere bijeenkomsten was die mogelijkheid er wel. De HGJB had er wel expres voor gekozen om het HJC-verhaal aan het eind van de avond te houden, omdat de bond in ieder geval genoeg tijd wilde voor een bezinning op de toekomst, zei hij. „We wilden niet het risico lopen dat de terugblik zo domineerde dat er geen tijd overbleef voor de toekomst.”
Aan het begin van de avond hield HGJB-werker Hans Maat een uiteenzetting over het beleid van de bond. Hij legde uit dat die uitgaat van de cultuur waarin de jongeren van nu leven. De jeugdbond stelt de Bijbel centraal, maar wel zo dat de jongeren zelf ontdekken en niet te veel bij de hand gehouden worden. „Een spreek- en preekcultuur leidt niet zomaar tot ontvangen bij jongeren. Jeugdwerk is iets anders dan catechese of zondagsschool. Wij vragen ruimte om creatief te blijven”, benadrukte hij.
De aanwezigen kregen de gelegenheid om hun kritiek op het beleid van de HGJB te verwoorden. Na de pauze volgde een bespreking van de opmerkingen. Een punt van kritiek was een zinsnede in Clik, een blad van de HGJB, dat jongeren een „klik met God” moeten hebben. „Zo spreken onze kinderen niet over God. God is hun vriendje niet”, zei een aanwezige. „We moeten overbrengen dat de Bijbel een heilig boek is en we moeten daarbij geen turbotaal gebruiken”, zei een ander. Diverse sprekers drongen erop aan dat Bijbelstudie meer centraal zou staan in het HGJB-materiaal. Medewerker Kees Zeelenberg stelde dat kennis van de Bijbel meer op het terrein van de zondagsschool ligt. Hij vindt het minder belangrijk dat kinderen de feiten van een verhaal kennen dan dat ze naar aanleiding van een verhaal God willen leren kennen.
Een aanwezige vroeg zich af of jongeren de Bijbel nog wel lezen. Hans Maat vroeg of de HGJB een handreiking moet doen, met behulp waarvan zij meer de Bijbel zelf gaan hanteren en Schrift met Schrift vergelijken.