Dit keer ging het om een bedrag van 1,5 miljoen gulden uit de tegoeden van de GOM. Dat bedrag zou de ex-directeur in zijn eigen zak hebben gestopt en hebben gebruikt voor de verbetering van zijn privé-woning. Vrijhoef zou aan bedrijven opdracht hebben gegeven tot het maken en verzenden van valse facturen, waarna hij het geld liet overmaken op zijn privé-bankrekening. De ex-directeur ontkent dit.

Volgens zijn advocaat mr. J. Palstra zijn de verwijten tegen zijn cliënt zo vaag dat een behoorlijk verweer niet eens mogelijk is. In eerdere rechtszaken eisten Vrijhoef en GOM over en weer geld van elkaar als schadevergoeding voor respectievelijk smaad en onbehoorlijk bestuur, maar de rechtbank wees deze vorderingen af.

Onder leiding van Vrijhoef verloor de maatschappij in 1998 bijna 30 miljoen gulden, de helft van het eigen vermogen. Volgens accountantsbureau Arthur Andersen, dat in opdracht van de provincie onderzoek deed naar fraude, was het toezicht van de raad van commissarissen ontoereikend.

Vrijhoef was in de jaren negentig een van de politieke kopstukken van D66. Hij verwachtte een glanzende politieke carrière. Door de GOM-affaire kwam hier abrupt een einde aan en is hij publiekelijk afgebrand, zo zegt hij zelf. Zelfs ex-minister Jorritsma van Economische Zaken noemde hem in een kamerdebat een crimineel die fraude zou hebben gepleegd. Dat laatste is tot nu toe nog steeds niet door een rechter bevestigd.

Vrijhoef: „Ik ben van veel beroofd. Ik was vroeger een geacht politicus maar heb nu geen enkele maatschappelijke status meer.” Volgens advocaat W. Aerts van de GOM moet Vrijhoef nog terechtstaan in een strafzaak, maar het OM kon dat dinsdag niet bevestigen. In de zaak van dinsdag volgt op zijn vroegst op 2 juli uitspraak.