„Hallucinaties Chopin gevolg van epilepsie”
PARIJS (ANP/AFP) – De Poolse componist Frederic Chopin geldt als een bij uitstek romantische kunstenaar. Dat beeld is versterkt door zijn Franse minnares George Sand, die in haar geschriften lyrisch schreef over de geestrijke visioenen van haar geliefde.
„De geesten riepen hem en grepen hem bij de keel. In plaats van dat hij zijn vader en vriend naar hem zag glimlachen in de straal van geloof, sloeg hij hun vleesloze gezicht van zich af en worstelde zich uit onder de greep van hun ijzige handen”, schreef Sand.
Twee Spaanse neurologen hebben echter een andere visie op de hallucinaties van de componist, die vooral bekend werd door zijn werken voor piano en in 1849 op 39-jarige leeftijd in Parijs stierf. Hun studie is verschenen in Medical Humanities, een blad van de Britse artsenorganisatie British Medical Association.
Manuel Vazquez Caruncho en Francisco Branas Fernandez sloegen zich door verslagen van tijdgenoten en brieven van Chopin heen en komen tot de conclusie dat hij aan epilepsie leed. Het is een kwestie van eliminatie: andere oorzaken sluiten zij uit. Zo kunnen hallucinaties het gevolg van migraine zijn, maar dan kunnen ze wel een half uur duren. De zinsbegoochelingen van de componist waren uiterst kort, soms zelfs enkele seconden. Ook schizofrenie achten de twee neurologen onwaarschijnlijk, omdat die gewoonlijk met het horen van stemmen gepaard gaat.
Chopin gebruikte opium om de pijn als gevolg van zijn vele lichamelijke kwalen te verlichten, maar het soort hallucinaties dat hij had, komen niet overeen met visioenen als gevolg van het gebruik van het verdovende middel. Bovendien had de componist vele jaren voor hij opium ging gebruiken, al hallucinaties.
Daarom, zo schrijven de twee neurologen, blijft epilepsie over. Die kan gepaard gaan met korte, stereotype visioenen van de soort waaraan Chopin leed. Zij wijzen erop dat artsen in de dagen van Chopin epilepsie gemakkelijk over het hoofd zagen. Zij moeten echter erkennen dat hun artikel is gebaseerd op een „een diagnostische veronderstelling”.