Economie

In memoriam: Albert Heijn (1927-2011)

APELDOORN – Wie dacht dat Albert Heijn (83) zich aan het eind van de vorige eeuw als een kluizenaar had teruggetrokken en zich niet meer om ‘zijn’ geesteskind bekommerde, werd in februari 2003 goed wakker geschud.

Redactie economie
14 January 2011 06:43Gewijzigd op 14 November 2020 13:16
Albert Heijn op het Spui in Den Haag. Foto ANP
Albert Heijn op het Spui in Den Haag. Foto ANP

Heijn voelde zich zwaar gepiepeld, sprak hij boos op televisie in een reactie op de boekhoudfraude die bij het supermarktconcern dat zijn naam draagt aan het licht was gekomen.

Want hoewel de gistermiddag om tien voor zes ’s middags in zijn slaap overleden grootgrutter al jaren gepensioneerd was, bleef hij –ook als aandeelhouder– de onderneming nauwlettend volgen.

Zo zei Heijn over Cees van der Hoeven, die Ahold leidde ten tijde van het boekhoudschandaal, dat zijn expansiedrift hem naar het hoofd was gestegen: „Hij ging steeds trotser lopen. Als een haan met stront aan z’n poten.”

Albert Heijn was de kleinzoon van de oprichter van het gelijknamige kruideniersconcern. Hij was vooral de man die Ahold liet groeien.

”Meneer Albert”, zoals het personeel hem noemde, verwierf faam als ‘vader’ van de supermarkt én van de streepjescode. Want ook die karakteristieke code, die het afrekenen bij de kassa’s sterk zou vereenvoudigen, was een idee van Heijn. De Belgische koning decoreerde hem er zelfs voor.

Heijn trad in 1949 op 22-jarige leeftijd in dienst bij de kruidenier, waar hij twee jaar later verantwoordelijk werd voor de invoering van de zelfbediening. Dit was destijds een revolutionair winkeltype. Het winkelmandje en het winkelkarretje werden geboren. De supermarkt à la Albert Heijn diende als model voor talloze andere zaken die zelfbediening invoerden.

In 1958 werd Heijn president van het Albert Heijn Detailbedrijf. In 1962 klom hij op tot voorzitter van de raad van bestuur van Albert Heijn, dat onder zijn leiding werd getransformeerd tot Ahold.

Hij was populair, maar ook gevreesd bij het personeel. Bij bedrijfsbezoeken ontging hem niets: gedeukte blikken, onverzorgde producten en brutaal optreden van personeel.

In de 27 jaar van Heijns presidentschap ontwikkelde Ahold zich tot een van de grootste detailhandelconcerns van de wereld.

In Nederland schoven andere concerns onder de Aholdparaplu aan, zoals de drogisterijketens Etos en De Tuinen, slijterij Gall & Gall en snoepconcern Jamin.

Na zijn aftreden als bestuursvoorzitter bleef Heijn nog lange tijd actief in het bedrijfsleven en de maatschappij. Hij was commissaris, onder meer bij Ahold, ABN AMRO, Transavia, Reesink en Randstad, bekleedde bestuursfuncties bij het Amerikaanse Food Marketing Institute en de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, was voorzitter van de Zaanse Schans en lid van de Rotary Club in Zaandam.

Heijn woonde zijn laatste levensjaren hoofdzakelijk in Engeland. Samen met zijn vrouw dreef hij nog jaren enkele winkels, een brasserie, een restaurant en een bed-and-breakfast.

Hij was commandeur in de Orde van Oranje Nassau, ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, commandeur in de Orde van Leopold II van België en ereburger van de gemeente Zaanstad.

Verder benoemde Nyenrode hem tot eredoctor in de bedrijfskunde en was hij erevoorzitter van het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer