Bezorgdheid, dankbaarheid, teleurstelling
Bezorgdheid, dankbaarheid, teleurstelling. De reacties van hervormd-gereformeerden op de handreiking van het hervormde synodebestuur lopen zeer uiteen. Bezwaarde hervormde gemeenten, zo werd gisteren bekend, kunnen binnen de toekomstige verenigde kerk uitspreken zich gebonden te weten aan de gereformeerde belijdenis. Tevens mogen ze in een verklaring aangeven te zullen „weerspreken en weren al wat met dit belijden in strijd is.”
Ds. L. W. Ch. Ruijgrok (namens het Comité tot behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk deelnemer aan de gesprekken binnen de commissie-Stelwagen, de zogenaamde antibreukcommissie): „Ik ben uitermate teleurgesteld over de notitie en de daaraan gekoppelde ’verklaring tot gehoorzaamheid’. De notitie brengt de principiële bezwaren juist onder woorden. Maar iedereen die het stuk leest, zal direct ontdekken dat het deze bezwaren wel noemt, maar niet honoreert, laat staan wegneemt. Voor hen die reeds besloten hadden om mee te gaan, biedt deze notitie een extra stukje zekerheid. Voor hen die een tot in de grondslagen toe plurale kerk in geweten afwijzen, blijft dat onmogelijk. Als kerkenraad en gemeente mag je leringen en praktijken die haaks staan op de Schrift, zoals de loochening van Gods verkiezing en de zegening van het homohuwelijk, afwijzen. Maar dat neemt niet weg dat deze dingen blijven behoren tot het wettig belijden en de wettige praktijk in de officiële kerk. Naar mijn diepe overtuiging zegt de Schrift daar neen tegen. Een kerk waarin waarheid en leugen tot in de fundamenten toe gelijke rechten hebben, is niet naar de Schrift en zo’n kerkgemeenschap is door onze vaderen dan ook altijd afgewezen. De commissie-Stelwagen is ingesteld om breuken en scheuren te voorkomen. De notitie voorkomt dat niet en de leiding van de kerk weet dat. De roeping van deze commissie blijft dus nog steeds recht overeind.”
Drs. P. J. Vergunst (algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond): „Op grond van wat God van ons vraagt, hebben wij allen de roeping bij Zijn Woord te blijven. Tegelijk hebben wij de inspanningsverplichting om de kerk in ons land voor nieuwe scheuren te behoeden. Dat kan op basis van wat de kerk nu naar buiten brengt -en ik onderstreep dat-, al blijft de pijn omdat de aanstaande vereniging niet voortkomt uit diepe geestelijke herkenning. Het feit dat de gereformeerde identiteit van een (wijk)gemeente in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) beter vastgelegd is dan momenteel in de Hervormde Kerk het geval is én dat de kerk en de ambtelijke vergaderingen wettig opgeroepen kunnen worden tot een leven overeenkomstig de gereformeerde belijdenis, betekent dat het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond met dankbaarheid kennisgenomen heeft van de notitie van de commissie-Stelwagen. Zwart op wit verklaart de kerk nu dat de Konkordie van Leuenberg belijdenisgeschrift noch bindende leesregel is, dat niemand dient te erkennen wat hij als een dwaling in de kerk beschouwt. In dit licht is het onmogelijk om tot een breuk met de kerk te komen.”
Ds. A. Kot (mede-initiatiefnemer van het Hervormd Appèl): „Ik kan me voorstellen dat degenen die reeds besloten hadden mee te gaan, de notitie en verklaring als een steun in de rug ervaren. Zelf denk ik dat hiermee de wezenlijke bezwaren tegen de fusie niet worden weggenomen, aangezien het plurale karakter van de PKN recht overeind blijft. Duidelijk is dat de gebondenheid van de gemeente niet als exclusief (uitsluitend) gereformeerd verstaan mag worden. In de PKN zullen wij anderen -met onbijbelse en ongereformeerde opvattingen- toch in volle rechten moeten erkennen, ook al wijzen wij hun opvattingen af. Voor de bezwaarden is het echter onmogelijk om de dwaling als belijden van de kerk te aanvaarden. Hiermee wordt de gereformeerde kerk opgegeven. Om deze redenen zullen scheuren en breuken door deze notitie en verklaring niet voorkomen kunnen worden. Dit alles vervult me met grote zorg. Het signaal van het Hervormd Appèl blijft nodig en ik hoop en bid dat de synode alsnog niet verder zal willen gaan dan een federatie.”
Ds. W. van Weelden (preses van de classis Alblasserdam, de kerkelijke vergadering die recent met een convenant naar buiten kwam): „Dat de leden van de commissie-Stelwagen niet komen met een eensluidend advies, stemt mij verdrietig. Waar is die bijzondere eenheid van de Nederlandse Hervormde Kerk? Wat is een finale poging wanneer enkel verdeeldheid zichtbaar wordt? De generale synode heeft de taak zich voortgaand te bezinnen op haar houding ten opzichte van dat deel van de kerk dat al sinds jaar en dag neen zegt tegen de kerkfusie. Zij is deze weg toch gegaan met het oog op heel de kerk? In de notitie van de commissie-Stelwagen zijn overigens veel goede elementen aan te wijzen. Ik wijs op de positie van de Konkordie van Leuenberg. Dat is geen belijdenisgeschrift en ook geen bindende leesregel van de belijdenis.”
Ds. Tj. de Jong (namens Het Gekrookte Riet deelnemer aan de gesprekken binnen de commissie-Stelwagen): „Wij willen de brede plurale PKN niet aanvaarden en zijn tegen het opheffen van de Hervormde Kerk. Het gaat er niet om getolereerd te worden. De exclusief gereformeerde belijdenis heeft immers recht op de gehele kerk. We zoeken en wensen geen nieuwe kerk. Iets aanvaarden en gelijktijdig principieel afwijzen, kan niet. De verklaring die naar buiten is gebracht, heeft geen werkelijk kerkordelijke status. Er blijven vragen omtrent consequenties et cetera. Deze verklaring neemt de bezwaarden die niet mee kunnen niet echt serieus. Allerlei praktijken blijven gehandhaafd. Uitleg en toepassing van de woorden roepen vragen op. Ook in bredere verbanden zal, ondanks deze verklaring, de PKN aanvaard moeten worden bij visitatie, in de classis en in commissies. Financiële bijdragen zullen gaan naar een, vanwege haar identiteit, afkeurenswaardige kerk.”
Ds. H. van den Belt (mede-initiatiefnemer van het Hervormd Appèl): „De brief van de synode en de notitie van de commissie-Stelwagen stemmen mij dankbaar. Er blijkt uit de toon van de brief de bereidheid om een begaanbare weg te zoeken. Het was al mogelijk om „bijzonder verbonden” te zijn aan de gereformeerde belijdenis. Die uitdrukking is te rekbaar. Nu wordt het mogelijk om te verklaren dat wij gébonden zijn aan die belijdenis. Vanuit die binding mogen wij de hele kerk houden aan de waarachtige en volkomen leer der zaligheid. Het wordt mogelijk om binnen een plurale kerk de pluraliteit nadrukkelijk af te wijzen. Overigens neemt de brief de zorgen over een dreigende scheuring niet weg. Ik kan mij voorstellen dat de verklaring geen begaanbare weg biedt voor hen die iedere participatie in een plurale kerk afwijzen. Alleen een federatie zou hun ruimte kunnen bieden om mee te gaan. Daarom willen wij het Hervormd Appèl namens alle bezwaarde gemeenten op de junivergadering ter synode aanbieden. Het enige wat ons daarna nog rest, is het gebed.”