Sommige bewerkingen in moderne toonzetting, andere zeer romantisch. Waarom dan geen meerwaarde geboden door een korte compositorische toelichting bij elk van de bewerkingen te geven?

Wat zich helaas onontkoombaar aan de luisteraar opdringt, is dat de emotionaliteit een keerzijde heeft: waar de zang luid wordt, wreekt deze zich in onzuiverheid, met name door te schreeuwerige tenoren. De ingetogenheid en beheerste dynamische effecten bij andere psalmen zijn dan een ware en ook indrukwekkende verademing. De gekozen tempi zijn overal rustig; de zinnen krijgen overal de gepaste lengte, maar helaas krijgen komma’s geen plaats.

Dat alle arrangementen van Eilander zijn moge waar wezen, maar dat bij Psalm 80 gepreludeerd wordt met Bortnianski’s ”O Hirte Israels” had niet verzwegen mogen worden. In Psalm 68 verbaast mij dat de sopranen „diepst ontzag” moeten verklanken met een opwaartse sext. De inzet van trompetten is bij Psalm 45 op z’n plaats, maar geldt dat ook Psalm 123? Psalm 89 wordt onder de virtuoze handen van Marco den Toom in een aangegeven 2/4-maat ingeleid met een even snelle trompet-cantus firmus, maar het gevolg is dat met de koorinzet alles als een pudding in elkaar zakt. Indrukwekkend vind ik de moderner getoonzette dialogen tussen orgel en unisono koor in de Psalmen 9 en 29.

Psalmen – Chr. Gem. Koor Cantate Deo Amersfoort o.l.v. Peter Eilander, Arjan en Edith Post (trompet), Marco den Toom (orgel); STH Records (1410102); € 16,90; www.sth.nl