Makelaarsvereniging NVM presenteert donderdag haar cijfers over het afgelopen kwartaal. Stoop denkt met zijn marktaandeel van ruim 2 procent de trend al wel te kunnen inschatten. „De verkoop is wat toegenomen en ook de prijzen zijn licht gestegen.” Zelf verkocht Stoop, die sinds 2005 met Makelaarsland in heel Nederland aan de weg timmert, de afgelopen drie maanden 465 woningen, 10 procent meer dan in het vorige kwartaal en tegen 2 procent hogere prijzen. „Vermoedelijk waren de laatste maanden goed omdat het dit jaar nog moeilijker wordt om een woning te kopen. Veel kopers hebben nog snel hun slag geslagen.”

Toch ziet Stoop de verkopen de komende maanden nog wel verder aantrekken, mits verkopers bereid zijn hun prijzen –die sinds 2008 al met een kleine 10 procent zakten– verder te verlagen. „Dat zal nodig zijn, want zowel over banken als de overheid is er weinig opbeurends te melden.” Zo lopen subsidies voor starters af, worden banken kritischer in „wat ze uitlenen en aan wie” en zal de rente stijgen. Ook neemt volgens Stoop het aantal woningen dat te koop staat nog altijd toe. „En daarvan wordt handig gebruikgemaakt tijdens onderhandelingen.”

Wat de Makelaarslanddirecteur betreft zou de overheid de woningmarkt best een slinger mogen geven „met stimuleringsmaatregelen of door tijdelijk de overdrachtsbelasting te verlagen. Dat zou écht helpen. Het wordt mensen nu niet makkelijk gemaakt om te verhuizen.”

Ook de woningverkoper zelf zal echter zijn steentje moeten bijdragen om de markt vlot te trekken. „Iedereen wil op dit moment eerst zijn huis verkopen, waardoor men in een cirkeltje ronddraait. Verkopers zouden kopers over de brug kunnen trekken door te zeggen: Ik betaal in het uiterste geval de komende tijd je dubbele lasten.” Maar ook op prijsgebied zal men volgens Stoop een veer moeten laten. „Terwijl het aanbod groeit, dalen de prijzen amper: iedereen vraagt hetzelfde als de buurman. Er moet water bij de wijn. Mensen moeten hun woning minder als melkkoe zien.”

Bij duurdere woningen ziet hij die omslag al wel, bij de gemiddelde doorzonwoning nog niet. „Blijkbaar hebben Nederlanders hiervoor wat tijd nodig.”