Binnenland

Ereburger Meijdam: Trots ben ik niet, wel dankbaar

LEERDAM – Uitgerekend tijdens zijn wethouderschap, van 1978 tot 1982, voerde het gemeentebestuur van Leerdam het ereburgerschap in. Zo’n dertig jaar later is Jennes Meijdam (85) de tweede inwoner van de glasstad die deze eretitel ontvangt. „Of ik trots ben? Dat niet. Ik word er klein van en ben vooral dankbaar dat ik dit nog mag beleven.”

André Bijl
12 January 2011 09:50Gewijzigd op 14 November 2020 13:14
Jennes Meijdam. Foto Andre Bijl
Jennes Meijdam. Foto Andre Bijl

Meijdam dacht dat er eind vorig jaar eindelijk een eind gekomen was aan zijn publieke optreden. Na dertig jaar stopte hij als ambtenaar van de burgerlijke stand. „Ik heb tussen de 450 en de 500 huwelijken gesloten. De laatste jaren deed ik het al wat rustiger aan. Ik heb mijn bevoegdheid gehouden voor verzoeken van familie en bekenden. De burgemeester kwam nog langs om me te bedanken. Ik dacht: een leuke afsluiting. Nu hebben we het gehad.”

Onlangs vroeg Meijdams zoon om een lijstje met functies die de inwoner van Leerdam in de loop der jaren heeft vervuld. Het werd een indrukwekkend A4’tje. Dertig jaar SGP-raadslid, 4 jaar wethouder en locoburgemeester, 12 jaar bestuurslid van de Calvijnschool, 17 jaar leider van de zondagsschool, tal van bestuurlijke functies die voortvloeiden uit zijn raadswerk en wethouderschap en daarnaast binnen de SGP vele jaren actief op plaatselijk, provinciaal en landelijk niveau.

Ondanks zijn hoge leeftijd bezoekt Meijdam nog elk jaar de nieuwjaarsreceptie van de gemeente. „Mijn jongste dochter zei dit keer dat ze meewilde. Ik vond dat wel vreemd. Toen ik naar huis wilde, moest ik wachten op de toespraak van de burgemeester. Die lichtte mijn doopceel en maakte bekend dat ik benoemd was tot ereburger. Dit overrompelde mij. We hebben destijds de lat erg hoog gelegd. Ik heb nooit kunnen denken dat die onderscheiding nog eens voor mij weggelegd zou zijn”, aldus de aimabele Meijdam. Hij werd eerder koninklijk onderscheiden en ontving bij zijn afscheid als raadslid in 1994 de erepenning van verdienste van de gemeente Leerdam.

Meijdam is er diep van onder de indruk dat alle fractievoorzitters in de raad zijn onderscheiding gesteund hebben. „Dat is de voorwaarde en in de raad zit toch een zeer gemêleerd gezelschap.” Diezelfde welwillendheid viel hem ten deel als ambtenaar van de burgerlijke stand. „Men is altijd heel coulant met mij omgesprongen. In andere gemeenten doen ze vaak veel moeilijker.”

Burgemeester Molkenboer zei zaterdag: „U heeft een belangrijke bijdrage aan de Leerdamse samenleving geleverd. Niet alleen bestuurlijk, ook op menselijk niveau. U nam de tijd om met mensen te praten. U bracht Leerdammers samen.” Meijdam: „Ze wisten wat ze aan me hadden. We gingen met begrip voor elkaars principes met elkaar om. Ik zocht nooit ruzie. Dat werd blijkbaar gewaardeerd.”

Zijn vrouw relativeert: „Het is wel Israëls God Die krachten gaf.” Meijdam kan het alleen maar beamen.

Het plakboek over zijn bestuurlijke carrière eindigt zo: „Alles is betrekkelijk en vergankelijk. Zeker de lof van mensen. Het grootste zou zijn om aan het eind van de aardse loopbaan die onderscheiding te mogen ontvangen die onvergankelijk is. Die alleen uit genade ons deel kan worden. Om te horen: Ga in, in de vreugde uws Heeren. Over weinig zijt gij getrouw geweest. Over veel zal ik u zetten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer