Amerikaan heeft historisch recht op bezit vuurwapens
Op elke honderd Amerikanen zijn er negentig vuurwapens. Geen wonder dat er in de Verenigde Staten jaarlijks meer dan 30.000 mensen door een kogel sterven. Colin Weaver: „Het is werkelijk dweilen met de kraan open.”
In de 20e straat van Manhattan klinkt bovengronds alleen het geraas van het autoverkeer. Niets doet vermoeden dat ondergronds elk stemgeluid door pistool- en geweervuur wordt overstemd. Onder een statig pand bevindt zich de enige stadsschietbaan die New York rijk is: de Westside Rifle and Pistol Range.
Wie de trappen naar de kelder afdaalt, komt de oorverdovende herrie van explosies al van verre tegemoet. Gehoorbescherming is hier bepaald geen overbodige luxe. Geconcentreerd turen de schutters naar de schietschijven in de vorm van een manspersoon. Na elk schot rollen de hulzen rinkelend over de grond. Het publiek varieert van beveiligingspersoneel –formaat klerenkast– tot klinkklare wapenfanaten die zich in camouflagekleding hebben gehuld.
Aan een van de wanden hangt een ingelijste passage uit het Tweede Amendement op de Amerikaanse Constitutie: ”Op het recht van het volk om wapens te bezitten en te dragen, mag geen inbreuk worden gemaakt.” Cadeautje van de machtige National Rifle Association, dé lobbyorganisatie van wapenbezitters in de Verenigde Staten.
Het Tweede Amendement werd in 1791 aangenomen. De Amerikaanse Revolutie was nog maar net achter de rug en het gevoel zich tegen de overheid te moeten kunnen verdedigen, was diepgeworteld. „Vuurwapens waren bovendien ook een middel om te overleven”, vult Darren Leung, mede-eigenaar van de Westside Rifle and Pistol Range, aan. „Ze werden voor de jacht gebruikt en om zich de indianen van het lijf te houden.”
Van de indianen heeft de Amerikaan anno 2010 niet veel meer te vrezen, maar het recht op wapenbezit bleef. Leung: „Nog steeds is het nodig dat je jezelf kunt verdedigen. Als je slachtoffer van een misdrijf bent, zou je wensen dat je op dat moment een wapen had. Laatst werd een man in Brooklyn onder bedreiging van een pistool overvallen. Zijn buurman schoot de overvaller neer. Die man was maar al te blij dat zijn buurman een vuurwapen had.”
Zelf draagt Leung permanent een pistool. Aan de ene kant ervaart hij dat als een last. „Het kost heel veel moeite en papierwerk om je vergunning te krijgen. Elke drie jaar moet je licentie worden vernieuwd, met alle veiligheidsinspecties die daarbij horen. Het zadelt je met een enorme verantwoordelijkheid op. Je hebt met zo’n wapen de beslissing over leven en dood in handen. Als de kogel eenmaal de loop heeft verlaten, komt-ie niet meer terug.”
Anderzijds geeft het dragen van een wapen Leung ook een grote innerlijke rust. „Ik maak me niet meer druk over macho’s die zich op straat of in het verkeer zo nodig willen bewijzen. Ik stap met een gerust hart in de metro, ga zonder vrees naar elke buurt in New York.”
Op de Westside Rifle and Pistol Range kunnen mensen zonder vergunning schieten met vuurwapens die geen groter kaliber dan .22 hebben. Wel moeten zij daarvoor een antecedentenonderzoek ondergaan. Leung: „Wij hebben toegang tot een nationale databank. Als blijkt dat je hebt vastgezeten of een misdaad hebt begaan, kun je schieten wel vergeten. Aan de andere kant: als je een keer tegen het Empire State Building hebt geplast of door rood bent gereden, zullen we je niets in de weg leggen.”
Zo lang Amerikanen zich aan de regels houden, heeft Darren Leung geen enkel probleem met wapenbezit. „Het is een constitutioneel recht. Mensen die pleiten voor een totaal verbod op wapenbezit, gaan tegen de grondwet in. Anders ligt het met illegaal wapenbezit. Daar moet krachtig tegen worden opgetreden. En daar ligt ook in de meeste gevallen het probleem als er vuurwapens worden gebruikt.”
Een paar straten verderop zetelt het kantoor van New Yorkers Against Gun Violence (NAYGV), een organisatie die zich juist sterk maakt om het massale wapenbezit onder Amerikanen sterk aan banden te leggen. NYAGV werd in 1993 opgericht door een groep moeders, nadat een schoolmeester op klaarlichte dag in het stadsdeel Brooklyn was doodgeschoten.
New Yorkers Against Gun Violence zet zich er vooral voor in illegale vuurwapens uit te bannen. Dat lijkt af en toe een vrijwel onmogelijke opgave, vertelt Colin Weaver, adjunct-directeur van NYAGV. „We hebben in New York de wapenwetgeving de laatste jaren behoorlijk aangescherpt. Maar als 90 procent van de vuurwapens in de stad illegaal is, is het dweilen met de kraan open. Veel mensen kopen een wapen in een van de zuidelijke staten, waar de regels soepeler zijn, en smokkelen het vervolgens New York binnen.”
Toch hebben de aanscherping van de wapenwetgeving en het zerotolerancebeleid van de New Yorkse politie wel tot resultaten geleid. Weaver: „New York is tegenwoordig de veiligste van de grote steden in de Verenigde Staten. In de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw werden er gemiddeld 2000 tot 3000 moorden per jaar in de stad gepleegd. Nu zijn dat er jaarlijks nog zo’n 500.”
Veel energie steekt de organisatie ook in het vergroten van bewustwording bij jongeren over de risico’s van vuurwapens. In de stadsdelen The Bronx en Brooklyn runt NYAGV twee naschoolse programma’s waarin vrijwilligers uitleggen wat de gevaren van ongeoorloofd wapenbezit zijn. „We wijzen hun er natuurlijk in de eerste plaats op dat het daadwerkelijke gebruik van een pistool of geweer onherstelbare schade kan aanrichten en alleen maar meer geweld in de hand werkt. Maar ook voor het enkele bezit draai je in New York al drie jaar de bak in. Ben je bereid drie jaar van je leven op te offeren, alleen maar om met zo’n ding op zak te lopen?” aldus Weaver.
De reacties van de tieners op de voorlichting van New Yorkers Against Gun Violence zijn wisselend, geeft Weaver toe. „Cruciaal is dat we de jongeren bereiken voor ze lid van een van de talloze jeugdbendes worden. In de gangs is de groepsdruk meestal te hoog om op je schreden terug te keren. Ook vangen we jongeren op die uit gevangenis komen. Alleen al het feit dat wij hun het gevoel geven dat we er voor hen zijn, scheelt enorm. Dat is helaas vaak al meer dan ze thuis ervaren.”
Wapenbezit
De schattingen lopen uiteen. Maar doorgaans wordt ervan uitgegaan dat er wereldwijd zo’n 875 miljoen ‘kleine’ vuurwapens in omloop zijn. Nog geen kwart daarvan is bij leger en politie in gebruik. Maar liefst 650 miljoen stuks schiettuig is in civiele handen.
Alleen al in de Verenigde Staten groeit het aantal wapens jaarlijks met zo’n 4,5 miljoen. Ondanks dit forse aantal is het aantal dodelijke ongelukken sinds het begin van de registratie in 1904 met 94 procent gedaald. Stierven begin vorige eeuw nog bijna 3,5 op de 100.000 door een onbedoeld afgevuurde kogel, inmiddels is dat cijfer tot 0,2 gedaald.
Ter vergelijking: van alle ongelukken in de Verenigde Staten wordt 37 procent door motorvoertuigen veroorzaakt, tegen 0,5 procent door ongevallen met vuurwapens.