VVD en SP botsen stevig in pensioendebat
DEN HAAG (ANP) – Regeringspartij VVD is woensdag bij de behandeling van de begroting Sociale Zaken stevig in aanvaring gekomen met oppositiepartij SP. Tweede Kamerlid Ineke Dezentjé Hamming van de VVD verweet haar SP-collega Paul Ulenbelt te kiezen voor het „kortetermijnpartijbelang” door de rekening voor het oplossen van pensioenproblemen door te schuiven en bij de jongeren te leggen.
Voordat de begrotingsbehandeling woensdag was begonnen, had Ulenbelt al gedreigd met een motie van wantrouwen tegen VVD-minister Henk Kamp (Sociale Zaken) wegens het niet uitvoeren van zijn motie over een andere rekenrente voor pensioenen. Op die manier wil de SP voorkomen dat wordt gekort op uitkeringen van gepensioneerden.
Bij Dezentjé schoot het dreigen met een motie van wantrouwen in het verkeerde keelgat. Overigens wordt niet verwacht dat deze motie voldoende steun krijgt.
Bovendien gebruikte Ulenbelt volgens de VVD-politica „wel heel zware woorden”. De SP’er had zijn partijgenoot Harry van Bommel aangehaald, die Kamp, toen die nog minister van Defensie was, had verweten Nederland „steeds verder een vuile oorlog in te rommelen” met een missie in Afghanistan. Volgens Ulenbelt gaan deze woorden weer op, omdat het kabinet met werkgevers en vakbonden een akkoord wil sluiten over een hogere AOW-leeftijd en een hervorming van het pensioenstelsel.
„Deze minister rommelde destijds ons een vuile oorlog in. Het lijkt er een beetje op dat hij een nieuwe missie begint”, aldus Ulenbelt. De SP is tegen plannen om de AOW-leeftijd in 2020 van 65 naar 66 jaar te verhogen en daarna te koppelen aan de stijgende levensverwachting. Bovendien vreest de partij dat in de toekomst beleggingsrisico’s in het pensioensparen meer bij de werknemers worden gelegd.
Ook verwijt Ulenbelt Kamp dat straks „onnodig” wordt gekort op veel pensioenuitkeringen, als wordt vastgehouden aan de lage rekenrente waarmee fondsen beoordelen of hun buffers voldoende zijn. Kamp wil wel een discussie over de rekenrente op langere termijn, maar vindt een aanpassing „op stel en sprong” gevaarlijk. Door de vergrijzing zijn er straks minder werknemers om voorzieningen en de zorg voor gepensioneerden te betalen. Daardoor wordt het oplossen van problemen in de oudedagsvoorziening volgens hem alleen maar moeilijker.