Orgeladviseurs op weg naar certificering
Bij restauratie en nieuwbouw van orgels spelen orgeladviseurs een belangrijke rol. Ze zijn verenigd in het College van Orgeladviseurs Nederland (CvON) of behoren tot het legertje van Beun de Haas. Voor wie zich officieel orgeladviseur wil noemen, is certificering in de maak.
Een orgeladviseur staat bij nieuwbouw, onderhoud of restauratie als spin in het web de opdrachtgever bij. De transparantie van die spin staat wel eens ter discussie. Op initiatief van de toenmalige Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten (RACM) zag in 2004 het College van Orgeladviseurs Nederland (CvON) het licht. Een regulatief dat orgelmakers, adviseurs en de RACM moesten ondertekenen had als doel de transparantie en communicatie te bevorderen.
Maar de RACM hield met dat regulatief wel een vinger in de pap. De dienst bepaalde of hij in een adviseur wel of geen vertrouwen had. Terecht noemde Joris van Haaften, jurist en teamleider monumentenzorg en archeologie van de gemeente Groningen, dat „een vorm van handjeklap en achterkamertjespolitiek.”
Ballotagecriteria om toegelaten te worden tot het CvON moesten eveneens meer transparantie brengen binnen de orgeladvieswereld. In elk geval moest een kandidaat het regulatief ondertekend hebben om toegelaten te worden. Verder stelde het CvON ook nog een gedragscode vast voor de aangesloten adviseurs.
Vervolgens kwam er een Landelijke Opleiding tot Orgeladviseur (LOTO) tot stand. CvON-bestuurslid Cees van der Poel was de eerste die in 2006 deze opleiding afrondde. Thans volgen zes aspirant-orgeladviseurs deze opleiding.
Degenen die bij de stichting LOTO zijn betrokken, zijn nu bezig om met Hobéon Certificering een erkenningsregeling voor orgeladviseurs te ontwerpen. Doel daarvan is van een orgeladviseur de individuele, inhoudelijke deskundigheid en werkwijze aan te tonen en te waarborgen, ook voor orgeladviseurs die niet bij het CvON zijn aangesloten. Hobéon is een instantie die certificeringen heeft gemaakt voor onder andere restauratiearchitecten- en monumentenadviesbureaus.
„De toetsingscriteria voor de erkenningsregeling worden in overleg met de verschillende betrokken partijen gemaakt”, zegt Hobéonadviseur Miriam Bijkerk. Volgens haar staan de criteria voor de basiskennis die een orgeladviseur minimaal moet bezitten. In een expertisepanel zitten de LOTO, orgelmakers en de huidige Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE).
Een Hobéonstempel op het regulatief, de ballotagecriteria en de gedragscode zijn toch voldoende? Bijkerk: „Nee, de certificering bouwt voort op deze kaders. Bij certificering gaat het erom dat op een transparante en objectieve wijze de vakbekwaamheid van de individuele adviseur daadwerkelijk getoetst wordt. Die toetsen wij aan de hand van door ons vastgestelde criteria. Uiteraard moeten die criteria voldoende draagvlak hebben in de wereld van de orgeladviseurs.”