Kinderen in Azië erg verwaarloosd
Ondanks de groeiende welvaart in Azië en op de eilanden in de Stille Oceaan zijn nog veel kinderen in het gebied ondervoed. Ook komt een groot aantal kinderen terecht in de prostitutie en groeit de drugsverslaving onder hen.
Dat staat in een rapport dat Unicef gisteren heeft gepubliceerd.
In het rapport van de kinderrechtenorganisatie van de Verenigde Naties, dat werd gepresenteerd aan het begin van een conferentie over kinderwelzijn op Bali, worden niet alleen negatieve, maar ook positieve ontwikkelingen genoemd. Zo gaat inmiddels maar liefst 97 procent van de kinderen in het gebied naar school.
Maar de economische voorspoed die Azië en Oceanië de afgelopen twintig jaar hebben gekend, heeft niet geleid tot een verbetering in de leefomstandigheden voor kinderen. Integendeel, de welvaart heeft zelfs slechte gevolgen gehad. Zo heeft de urbanisatie in China, dat de snelst groeiende economie van Azië heeft, volgens Unicef het traditionele sociale vangnet binnen families en dorpsgemeenschappen ernstig geschaad.
Aziatische landen kennen volgens het rapport een even hoog aantal ondervoede kinderen als het Afrikaanse Sahelgebied. Bijna drie op de tien kinderen -28 procent- in het gebied krijgen niet genoeg te eten. Bij de berekening van dit percentage is China buiten beschouwing gelaten. Dat land wist het aantal ondervoede kinderen in de jaren ’90 te halveren.
Ook kinderprostitutie blijft een groot probleem in Azië en Oceanië. Behalve landen als Thailand en de Filipijnen zijn nu ook Bali, Fiji en de Salomonseilanden berucht om de seksuele uitbuiting van kinderen. Vooral de angst voor infectie met HIV doet volgens het rapport de vraag naar jonge prostitués groeien. Klanten verkeren, vaak ten onrechte, in de veronderstelling dat kinderen nog niet besmet zijn. In Thailand is een kwart van de prostitués jonger dan 18 jaar, in Indonesië is dat eenderde.
De drugsverslaving onder jeugdigen in het gebied groeit snel. In Laos gebruikt 14 procent van de 17-jarigen de illegale drug metamfetamine.