Khartoem probeert al langer van de terreurlijst af te komen. De Verenigde Staten plaatsten Sudan in 1993 op deze lijst, omdat het Afrikaanse land onderdak zou bieden aan terroristen zoals al-Qaidaleider Osama bin Laden.

Naast Sudan staan op dit moment Cuba, Iran en Syrië op de terreurlijst van de VS. In de afgelopen jaren werden de erkende ‘schurkenstaten’ Noord-Korea en Libië al geschrapt uit het register van landen die terroristen zouden steunen.

In Sudan is de spanning hoog opgelopen voorafgaand aan de twee referenda. Inwoners van Zuid-Sudan stemmen dan over onafhankelijkheid, terwijl stemgerechtigden in de olierijke regio Abyei, op de grens tussen Noord- en Zuid-Sudan bepalen bij welk deel van het land zij in de toekomst willen horen. President Bashir zei eerder dat hij alleen nationale eenheid als uitkomst accepteert. Naar verwachting stemmen de zuiderlingen echter voor afscheiding.

Het islamitische noorden en christelijke en animistische zuiden van Sudan waren decennialang verwikkeld in een burgeroorlog, die aan ongeveer twee miljoen mensen het leven kostte. In 2005 werd een vredesakkoord gesloten, waarin werd afgesproken dat het zuiden een referendum over onafhankelijkheid mocht houden.

Veel inwoners van Sudan vrezen net als de internationale gemeenschap een nieuwe golf van geweld na de referenda. Namens de Amerikaanse regering reisde de Democratische senator John Kerry in de afgelopen weken al twee keer af naar Khartoem voor overleg. Hij gaf aan dat Sudan in juli 2011 van de terreurlijst wordt gehaald, als het bewind van Bashir de referenda volgens plan plaats laat hebben op 9 januari, als het de uitslagen ervan respecteert, en als het een geweldloos verloop garandeert.