Woensdag publiceerde het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken in zijn jaarrapport, net als voorgaande jaren, een lijst van zeven „sponsors van terrorisme”: Cuba, Irak, Iran, Libië, Noord-Korea, Syrië en Sudan. Nu het regime van Saddam Hussein is verdreven, wordt Irak van de lijst afgehaald, maar Sudan wordt gehandhaafd.

Ten onrechte, vindt de Sudanese regering, die zegt alles gedaan te hebben om mogelijke terreurgroeperingen uit te bannen. Ook lopen er vredesonderhandelingen met het Sudanese Volksbevrijdingsleger (SPLA), een tweede eis van de VS aan Khartoem.

Landen die op de Amerikaanse terreurlijst staan, zijn door een veto van de VS uitgesloten van leningen van de Wereldbank, ontvangen geen Amerikaanse economische hulp en mogen geen wapens in de VS kopen.