Een prachtige dag in Wittenberg
Wittenberg, het is een prachtige dag. Iedereen slaapt nog. Iedereen? Nee, daar in dat huis is iemand wakker. Het is Maarten Jongerius. Hij heeft zin in vandaag. Het is vandaag 31 oktober 1517. Hij had met Barend afgesproken dat ze samen naar de markt gingen. Barend Goedertier is zijn beste vriend.Hij pakt alles bij elkaar, katapult, 5 goudstukken en een pak boterhammen. Hij kan gaan.
Een paar minuten later loopt hij met Barend naar het marktplein. Onderweg komen ze langs de kapel. Er staan een paar mensen te kijken. Wat is er aan de hand? „Zullen we even gaan kijken?” stelt Barend voor. „Een goed idee” zegt Maarten. Ze zien Maarten Luther. Hij spijkert een hele lange brief vast aan de deur van de kapel. „Kom je mee Barend?” Het is Maarten die dat zegt. „Barend, heb je je katapult bij je?” „Ja.” „Gelukkig.”
Even later lopen ze op de markt. Barend zegt: „He Maarten, die dikke mevrouw kan ik makkelijk raken.” Hij voegt de daad bij het woord en even later klinkt er een harde gil. „Raak!” Veel te snel vliegt de tijd voorbij. Een poos later is het tijd om naar huis te gaan. Een laatste groet klinkt over straat: „Dag Maarten.” „Dag Barend.”