Twee bewakers van het parlementsgebouw en een burger werden tijdens de aanval gedood. Volgens Kadirov hebben alle afgevaardigden in het parlement de aanval overleefd. Ze werden in veiligheid gebracht door Tsjetsjeense militairen.

Volgens de politie was de aanval zeer waarschijnlijk het werk van slechts drie separatisten, van wie er één zich opblies bij de ingang van het gebouwencomplex, waarin zich behalve het parlement ook het ministerie van Landbouw bevindt. „Allahoe akbar” roepend stormden de overige twee rebellen het complex binnen en openden het vuur op de aanwezigen. Zij werden in een vuurgevecht met de politie gedood, zei de woordvoerder van de door Moskou gesteunde president Ramzan Kadirov.

Tsjetsjenië ligt in de Kaukasus en is na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 het toneel geweest van een bloedige strijd waarbij het Russische leger, separatisten, krijgsheren, criminele bendes en extremistische moslimstrijders waren betrokken. De tweede Tsjetsjeense oorlog, die elf jaar geleden begon, leidde tot de Russische herovering van de Tsjetsjeense hoofdstad Grozny in februari 2000.

In april vorig jaar beëindigden de Russische strijdkrachten hun antiterrorismeoperaties in de deelrepubliek en trokken ze hun meeste militairen terug.

De rust keerde echter niet terug. De afgelopen maanden werd Tsjetsjenië herhaaldelijk opgeschrikt door een schietpartijen en bomaanslagen.