Dat zei maandag de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken voor non-proliferatie, John Wolf.

„Ondanks verklaringen over transparantie en vreedzame bedoelingen bewandelt Iran dezelfde weg van ontkenning en misleiding die de internationale inspecties in Noord-Korea en Irak belemmerde”, zei Wolf. „Wij hebben het patroon van bedrog en terugtrekking eerder gezien.”

Wolf voerde het woord tijdens de openingszitting van een twee weken durende conferentie over het non-proliferatieverdrag in Genève. De bijeenkomst dient ter voorbereiding van de eerstvolgende toetsingsconferentie in 2005.

De Iraanse vertegenwoordigers op de conferentie reageerden niet onmiddellijk op de uitlatingen van Wolf. De VS hebben Iran, dat een kerncentrale bouwt in Bushehr in het zuiden van het land, eerder beschuldigd van geheime plannen voor de productie van kernwapens. Teheran zegt dat de centrale in Bushehr uitsluitend is bedoeld voor het opwekken van stroom.

Het Witte Huis wijst die verklaring van de hand met een verwijzing naar de Iraanse oliereserves. Teheran wijst er op zijn beurt op dat de VS kernwapens en kerncentrales bezitten, terwijl ook daar olie in de grond zit. Ook staat het Iran niet aan dat de VS oogluikend toestaan dat Israël over kernwapens beschikt en dat Israël zich het recht voorbehoudt landen in de regio met kerncentrales te bombarderen.

Wolf zei dat het IAEA Iran harder moet aanpakken. „Het IAEA moet de moeilijke vragen stellen en volledige antwoorden krijgen”, aldus de onderminister.

Het non–proliferatieverdrag houdt in dat de kernmachten die het hebben ondertekend hun eigen arsenaal verminderen, de verspreiding van kernwapens stoppen en ervoor zorgen dat nucleaire technologie alleen wordt gebruikt voor vreedzame doeleinden. Inmiddels hebben Israël, India en Pakistan, die het verdrag niet hebben ondertekend, een kernwapenprogramma. Ook Noord-Korea, dat zich in januari terugtrok uit het verdrag, zou tot de club van atoommachten behoren.