De oppositionele Ata-Zhurt heeft veel aanhang in het zuiden, de thuisbasis van Bakijev. De partijleider waarschuwde eerder dat etnische minderheden niet hoeven te rekenen op gelijke rechten als de partij aan de macht zou komen.

Door de winst van de nationalisten groeit de vrees voor nieuw etnisch geweld in het Centraal-Aziatische land. In juni kwamen door geweld tussen Kirgiezen en Oezbeken, een minderheid, in het zuiden tussen de vierhonderd en tweeduizend mensen om het leven. Honderdduizenden sloegen op de vlucht.

De interim-regering onder leiding van president Roza Otoenbajeva hoopt dat de verkiezingen het land in rustiger vaarwater zullen brengen. Ze zei dat de bevolking trots kan zijn op de verkiezingen. Ze blijft tot eind 2011 aan als president.

Aan de verkiezingen deden zondag 29 partijen mee, maar slechts vijf daarvan hebben de kiesdrempel gehaald. De verkiezingen, met een opkomst van 56,6 procent, verliepen zonder ernstige incidenten.

De Sociaal-Democratische Partij van Kirgizië (SDPK) haalde 8 procent van de stemmen binnen. Voor de pro-Russische partij Ar-Namys van voormalig premier Feliks Koelov bleef de teller op 7,7 procent staan. De volgende in de rij is de Republikeinse Partij met 7 procent. De laatste partij die de kiesdrempel haalde, is de centrumlinkse Ata-Meken (Vaderland) met 5,9 procent.

De verkiezingen van zondag waren de eerste onder de nieuwe grondwet, die in juni werd aangenomen. De nieuwe constitutie beperkt de macht van de president, terwijl het parlement meer te zeggen krijgt. Ata-Zhurt en Ar-Namys willen de grondwet terugdraaien en opnieuw een presidentieel systeem invoeren.