Opinie

Meedoen of niet meedoen?

In het hoofdredactionele commen­taar in deze krant werd maandag opgemerkt dat politiek na een „loeispannend” CDA-congres weer spannend was. Met 4000 partijgangers zo het debat aangaan over regeringsdeelname is „een feest voor de democratie”, zoals CDA-fractieleider Verhagen het noemde. Maar, zoals terecht werd opgemerkt, ook bleek door de uitslag van twee derde voor en een derde tegen dat het CDA grondig verdeeld was. En het zijn nota bene niet de minsten die zeggen: „Don’t do it.”

dr. ir. R. A. Jongeneel
8 October 2010 18:12Gewijzigd op 14 November 2020 12:04

Ik heb een deel van het congres gevolgd, waarbij mij een aantal zaken trof. Als econoom heb ik het regeerakkoord bekeken, een document van 46 pagina’s (met een bijlage van meer dan 25 pagina’s over beleid en overheidsfinanciën). Op een aantal punten zeker niet mijn keuze, maar het had ook zat slechter gekund. En zo reageerde ook een aantal partijleden. Zij keken gewoon pragmatisch naar het binnengehaalde akkoord. Daar zat wat hen betreft genoeg positiefs bij. Daarom gewoon met VVD en PVV in zee gaan, vinden zij. Het land moet immers ook bestuurd worden.

Aan de andere kant klonken reacties waarin het veel meer om een principiële opstelling ging. Deze mensen, onder wie dissident Koppejan, wilden Verhagen wel feliciteren met het resultaat dat hij had bereikt, maar tegelijkertijd leek dat hen niet echt warm te maken. Voor hen was het namelijk de vraag of je je met een partij (of liever gezegd met de populist Wilders, want zijn partij is zelf eigenlijk onzichtbaar) moet verbinden die van polarisatie en uitsluiting haar handelsmerk heeft gemaakt.

Rekensom

Mij gaat het nu vooral om de motivatie. Daarover hoorde je verschillende geluiden. Sommigen ging het vooral om vrijheid voor alle godsdiensten. Godsdienstvrijheid is een groot goed. Maar betekent dat dan ook de gelijkheid van alle godsdiensten? Mij bekroop soms het gevoel dat een aantal partij­leden dat eigenlijk vond. Zij zaten vooral op de toer van de mensenrechten.

Maar hoe christelijk is dat? De bekende apologeet C. S. Lewis zei eens dat het met het geloof net is als met een rekensom, zoals vier plus drie. Er is maar één goed antwoord: dat is zeven. Wie als antwoord ”twee” roept, zit er verder naast dan wie ”zes” zegt. Sommige antwoorden zijn, hoewel niet juist, toch ‘beter’ dan andere. Het christelijk geloof is het unieke en waarachtige antwoord. Dat klinkt in onze plurale samenleving pretentieus, maar toch is dat de enig mogelijke christelijk belijdenis. De oude AR’ers moeten dat toch nog weten: er is immers ook nog zoiets als de antithese. Ik constateer dat dat weinig tot niet (meer) leeft bij het CDA.

Daarop voortbordurend zou je kunnen zeggen dat het ook in de christelijke politiek, wil ze haar naam waard zijn, om het Koninkrijk van God (en de gerechtigheid die daarbij hoort) zou moeten gaan. Die meer existentiële notie meende ik ook een paar keer te herkennen. En dat kan leiden tot radicaalprincipiële stellingnames. Ik ben het daarmee eens, maar realiseer me ook hoe lastig het dan nog kan zijn om antwoord op concrete vragen te geven. Concreet kiezen is lastig.

Hoge spanning

De Bijbel noemt de overheid een instelling Gods (Rom. 13:2), en dat kan toch niet anders betekenen dan dat wie politiek bedrijft aan godsdienst doet. In de politiek staat een gewetensvol christen daarom onder hoge spanning. Kies je alleen voor een profetisch getuigenis, dan rol je er voor je gevoel misschien nog met de minste kleerscheuren doorheen, maar zet je je dan ook niet te gemakkelijk buitenspel? Kies je er onomwonden voor om in het politieke bedrijf verantwoordelijkheid te aanvaarden, dan is meedoen nog nauwelijks een vraag: het is dan gewoon de uitkomst van een calculatie van kosten en baten. Maar geef je dan eigenlijk nog wel antwoord aan Hem Die je in de eerste plaats tot het politieke ambt geroepen heeft?

Het was boeiend om naar het politieke spektakel in de Arnhemse Rijnhal te kijken. Het spande erom, maar Verhagen mocht zich de winnaar rekenen en nam daar optimistisch een voorschot op. Dat was wat voorbarig, maar dinsdag bleek dat Ferrier en Koppejan, zij het onder voor­behoud, akkoord gaan met regeringsdeelname. Een daarmee is de weg open voor het kabinet-Rutte/Verhagen.

Eigenlijk is de Rijnhal veel dichterbij dan Arnhem. De vraag voor CDA-politici is in feite de vraag die, zij het in andere vorm, elke oprechte christen zou moeten bezighouden. Meedoen of niet meedoen? En als ik meedoe, hoe dan?

Ferrier en Koppejan kiezen voor een weg op het scherp van de snede. Dat is de lastige weg van het compromis, maar dan wel met helderheid rond de gemaakte afweging en de blijvende spanningen daarin.

Maakt u zich wel eens zorgen over uw geloofwaardigheid en de gevolgen van keuzes die u maakt voor uw profiel als christen, of liever gezegd voor de eer van God? Ook buiten de politiek is het „loeispannend” en het is goed om er rekening mee te houden dat er anderen zijn die u volgen’.

De auteur is universitair docent aan Wageningen Universiteit. Reageren aan scribent? goedbekeken@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer