De West voelt alleen iets voor de Oranjes
LEIDEN (ANP) – De bewoners van de eilanden in de West hebben weinig gemeen met Nederland, zegt Cariben-specialist Gert Oostindie. Het is dat het ‘moederland’ voordelen biedt als een degelijk paspoort en de borging van mensenrechten. „Nederland is een solide beschermer.” Daarbij komt dat er inmiddels veel Antillianen in Nederland wonen. „Maar er wordt slechts beperkt culturele verwantschap gevoeld.” De hervormingen, die de lijnen met Nederland directer maken, veranderen daar voorlopig weinig aan.
Sinds de West-Indische Compagnie ze in de zeventiende eeuw vrij willekeurig veroverde heeft Nederland zich niet erg om de eilanden bekommerd, aldus Oostindie. De verschillen met Nederland zijn groot gebleven: men spreekt in de West bijvoorbeeld Papiaments of Engels. „Als een Nederlander zich er bij een groep voegt, moet die groep echt een knop omzetten.”
Ook bestaat er het gevoel dat Nederland van de cultuur van de eilanden niks begrijpt en de Antillianen als tweederangs burgers van het Koninkrijk ziet. Daarbij komen de postkoloniale frustraties ten opzichte van het moederland, zegt Oostindie. Een moederland dat onder meer een enorme schuldenlast overnam in ruil voor meer Haagse bemoeienis. „Zoals Ruud Lubbers al zei: We wonen samen in een huis en dit zijn huisregels.” Op de eilanden riep dit weer het gevoel op dat Nederland de baas speelt.
„Het koningshuis roept wel veel sympathie bij de eilandbewoners op. Juliana, Beatrix en Willem-Alexander, ze voelen echt voor de eilanden.” In de eeuw voor de Tweede Wereldoorlog hadden de eilandbewoners de Oranjes ook hoog. „Dat was echter het gevolg van een uitgekookte strategie van het ministerie van Koloniën. Hoewel Nederland bij de afschaffing van de slavernij achteraan kwam, is de mythe gecreëerd dat koning Willem III zelf de hand in die afschaffing had. Zendelingen lieten de kinderen destijds in hun eigen taal een lied vol dankbaarheid aan hem zingen, in Suriname en op de Antillen. In werkelijkheid heeft Willem III er niets aan gedaan, behalve een handtekening zetten.”
Onderling hebben de eilanden ook weinig met elkaar. De Bovenwinden niet met de Benedenwinden en andersom. „Er zit 800 kilometer tussen. De Benedenwinden zijn vooral katholiek, de Bovenwinden meer protestants. Op de Benedenwinden spreekt men Papiaments, op de Bovenwinden Engels. Curaçao lag slecht bij de andere eilanden, omdat de indruk bestond dat de daar gevestigde centrale regering vooral met het eigen eiland bezig was, aldus Oostindie.
Nu gaan de eilanden bestuurlijk rechtstreeks zaken doen met Nederland en niet meer via de centrale regering in Curaçao. Intussen zijn velen in Nederland die hele Antillen liever kwijt, stelt Oostindie. „Dat is niet nieuw. Nu zegt bijvoorbeeld de PVV wel: Laten we die eilanden maar op Marktplaats zetten, maar zulke geluiden waren er ook in de negentiende eeuw al, ook van parlementariërs. Wat heb je eraan, zeggen ze weleens, maar ja, wat heb je aan de Waddeneilanden? Het gaat erom dat ze er zijn en we er gezamenlijk wat mee moeten.”