Het kabinet gaat het voor mensen die naar Nederland zijn gekomen, lastiger maken om een gezin te stichten of gezinsleden hierheen te halen. Gezinsmigranten krijgen minder snel een eigen verblijfsvergunning, moeten een dak boven het hoofd hebben en zijn verzekerd voor ziektekosten. De leges gaat omhoog en de exameneisen voor inburgeringsexamens in het buitenland worden scherper.

De partner die naar Nederland komt, mag niet jonger zijn dan 24 jaar. Nu is dat 21 jaar. Mensen die een huwelijkspartner uit het buitenland willen halen, moeten ten minste 120 procent van het minimumloon verdienen. Dit was al zo, maar het Europees Hof van Justitie haalde daar eerder dit jaar een streep doorheen.

Gezinsleden die naar Nederland komen, moeten een toets gaan doen waaruit blijkt dat hun band met dit land groter is dan met andere landen.

Ook met andere maatregelen mikt het nieuwe kabinet op minder vreemdelingen die naar Nederland komen. De toelating van alle asielzoekers uit een bepaald land behoort straks niet meer tot de mogelijkheden. Het huidige kabinet was daar al minder scheutig mee geworden, bijvoorbeeld door de zogeheten categoriale bescherming voor landen als Irak en Somalië te beëindigen.

Een asielzoeker moet een verblijfsvergunning in het buitenland aanvragen, de uitzonderingen die de afgelopen jaren zijn gemaakt op deze regel worden geschrapt. Zo wordt voorkomen dat een afgewezen asielzoeker meteen een nieuwe procedure begint nadat hij is afgewezen. Dat kan ook door voor herhaalde pogingen Nederland binnen te komen het principe in te voeren dat de advocaat geen geld krijgt als de asielzoeker het land niet in komt (no cure no fee).

Ook gaan mensen die Nederland niet in mogen, sneller het land uit. Daarbij krijgen gezinnen met kinderen voorrang. Illegaal verblijf in Nederland wordt strafbaar. Vreemdelingen met een strafblad moeten eerder het land verlaten.