Onderzoek vuurwerkramp gaat verder
ALMELO (ANP) – Het verkennende feitenonderzoek naar de vuurwerkramp in Enschede op 13 mei 2000 gaat door. Volgens het onderzoeksteam kunnen er nog geen eindconclusies worden getrokken en moet nog een aantal onderzoekslijnen verder worden onderzocht. Dat heeft het openbaar ministerie (OM) in Almelo donderdag bekendgemaakt.
Het OM Zwolle en de politie IJsselland nemen het vervolgonderzoek voor hun rekening. Zo kunnen met een objectieve en frisse blik de resultaten van het nadere onderzoek beoordeeld worden.
Bij de vuurwerkramp kwamen 23 mensen om het leven. Bijna duizend mensen raakten gewond en de wijk Roombeek werd vrijwel helemaal verwoest. Het is na ruim tien jaar nog steeds niet duidelijk wat precies de oorzaak van de ramp is geweest.
Sinds het begin van het onderzoek hebben meer dan vijftig getuigen zich gemeld. Uit de door hen afgelegde verklaringen is een grote hoeveelheid informatie gekomen, laat het OM weten. Het onderzoeksteam heeft die getuigenissen vervolgens laten bekijken door drie gedragswetenschappers.
Omdat de ramp lang geleden plaatsvond, kunnen er fouten in het geheugen optreden of kunnen mensen zaken zijn vergeten. De wetenschappers hebben daarom de verklaringen met hun kennis van de werking van het geheugen geanalyseerd.
Het politieteam heeft in het nieuwe onderzoek bovendien gebruik gemaakt van een nieuw systeem om tijdslijnen in beeld te krijgen. Dat gaf als resultaat dat er nog een aantal kwesties het rechercheren waard is. Een nieuw onderzoeksteam gaat dus verder met de zaak. „Het is van groot belang zo helder mogelijk te krijgen wat er op 13 mei 2000 precies is gebeurd”, meent justitie.
Donderdagmiddag geeft het OM een nadere toelichting.