Het slachtoffer was een 49-jarige postbode. Hij werd geramd door de Audi A4 cabriolet van verdachte Louis B. (22) uit Venlo, die uit een zijstraat van rechts kwam. Medeverdachte Marinus R. (21) heeft volgens de aanklager als uitkijk met een gsm langs de kant van de weg gestaan waarop het slachtoffer reed. Hij gaf B. een seintje toen die in actie moest komen. „B. reed, maar R. vormde zijn ogen”, motiveerde de officier van justitie de even hoge strafeis voor beide verdachten. Tegen bestuurder B. eiste hij overigens ook nog een rijontzegging van tien jaar.

Het belangrijkste bewijs zijn verklaringen van getuigen die op of rond het tijdstip van de botsing in de buurt waren. „Kort voor het fatale ongeluk waren er drie bijna-aanrijdingen”, aldus de aanklager. Steeds kwam de Audi vanuit dezelfde zijstraat plotseling de doorgaande weg oprijden. Automobilisten konden de wagen niet aan zien komen, omdat die vanuit hun positie gezien achter een boerderij stond.

Verdachte R. had, vanaf de plek waar hij zou hebben gestaan, zowel zicht op de doorgaande weg als op de zijstraat. Hij ontkent echter dat hij daar op het fatale moment was.

Sms-verkeer tussen beide verdachten lijkt echter anders uit te wijzen. Uit de inhoud van de berichten blijkt volgens de officier dat de twee op 1 oktober om half vier een afspraak hadden, ongeveer anderhalf uur voor het ongeval. Ook zouden de twee kort voor de aanrijding met elkaar hebben gebeld.

Advocaat Van Alst, die de bestuurder verdedigt, noemde de getuigenverklaringen suggestief. De aanrijding zou niet de schuld van zijn cliënt zijn, B. zou zelfs hebben geprobeerd een botsing te voorkomen. „De zaak hangt van vooronderstellingen aan elkaar”, betoogde advocaat Jonkergouw, de raadsman van R…

De rechtbank doet op 8 oktober uitspraak.