De prins constateerde dat digitalisering de samenleving „geweldig” heeft veranderd. „Het biedt nieuwe mogelijkheden, maar ook nieuwe uitdagingen”, zo wist hij, waarop hij zijn zorg uitte over de „nog altijd drie miljoen mensen” in Nederland zonder internettoegang. Dat zijn vaak ouderen, laagopgeleiden of mensen op bijstandsniveau.

Dit soort groepen zou volgens de prins „dankzij nieuwe technologieën verder vooruit kunnen komen”. „We moeten absoluut voorkomen dat deze mensen definitief buiten de boot van de informatiesamenleving vallen”, zo gaf hij aan tegenover een grote groep hoogwaardigheidsbekleders, onder wie burgemeester Eberhard van der Laan van Amsterdam, voormalig Shell-topman Jeroen van der Veer en verschillende bestuurders uit de Nederlandse financiële sector.

Alleen het verkrijgen van internettoegang is daarbij volgens de prins echter niet genoeg, ook het ontwikkelen van digitale vaardigheden is belangrijk. „Het bijhouden van je digitale vaardigheden wordt alleen maar belangrijker, voor je kansen op de arbeidsmarkt, voor je sociale leven en voor je algehele welzijn.”

Volgens Willem-Alexander leren mensen niet, zelfs als ze opgroeien in een wereld vol nieuwe media, hoe ze informatie online moeten zoeken, selecteren en beoordelen. „Voor het onderwijs en de werkvloer ligt hier dan ook een kerntaak. De overheid kan hierbij faciliteren, samen met het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.”

Koningin Beatrix was tijdens haar jaarlijkse kersttoespraak eind 2009 nog opvallend kritisch over de invloed van internet op de Nederlandse samenleving. Ze gaf in haar rede destijds aan dat de technische vooruitgang de mensen onafhankelijker en afstandelijker maakt.

De prins opende dinsdag op Beursplein 5 de handelsdag vanwege de traditionele Beurstrommeldag met een slag op de gong. Hij werd daarbij luid ondersteund door een grote groep basisschoolleerlingen met trommels.